2.2 De groei en opbouw van steden

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Welkom!

- Je jas is uit.

- Je boeken liggen op tafel.

- Je iPad zit in je tas.

Hoofdstuk 2 Steden

Paragraaf 2.2 De groei en opbouw van steden

Leerdoelen

- Je weet wat het verschil is in groei van steden in rijke en arme landen.

- Je begrijpt waarom de plattegrond van steden in rijke en arme landen verschilt.

- Je kunt de plattegrond van een stad in een rijk en in een arm land tekenen.

Steden in rijke landen (1)

- In rijke landen groeiden steden vanaf industriële revolutie (1750-1900).

- Rond het centrum kwamen fabrieken en woningen voor arbeiders.

Steden in rijke landen (2)

- Vanaf 1960 nam welvaart toe.

- Suburbanisatie: trek van mensen uit de stad naar plaatsen rondom de stad.

- Centrum werd zakencentrum = Central Business District(CBD)

Steden in arme landen (1)

- In arme landen groeiden steden pas vanaf 1960.

- Door armoede op platteland zoeken mensen werk in de stad.

- Langs de randen van de stad bouwen deze mensen krottenwijken.

- In centrum CBD met kantoren.

Steden in arme landen (2)

Krottenwijken:

1. Slechte bouwmaterialen
   
2. Geen riolering, waterleiding of elektriciteit
   
3. Op gevaarlijke plekken
   
4. Op den duur verbetert
   

Vanaf welke periode groeiden steden in rijke landen

1. Prehistorie
2. Industriële revolutie
3. Middeleeuwen
4. Moderne tijd

Een stad met meer dan 10 miljoen inwoners is een?

1. Wereldstad
2. Primate city
3. Megastad
4. Hoofdstad

Aan de slag!

Wat? §2.1 opdrachten 2,4,5,7 en  §2.2 opdrachten 1,2,3,4.

Hoe? je werkt de eerste 7 minuten in stilte, daarna mag je rustig overleggen met je buur.

Hulp? Je buur en eventueel de atlas.

Vragen? Steek je vinger op, ik kom vanzelf bij je. Werk in de tussentijd verder aan een andere opdracht. 

Klaar? Maak begrippenkaartjes van paragraaf 3.1 + 3.2

hoofdstad

Wereldstad

Megastad

Amsterdam

New York

Shanghai

Shanghai heeft 26.3 miljoen inwoners

Een ander woord voor verstedelijking is?

1. Randstad
2. Megastad
3. Stedelijk netwerk
4. Urbanisatie

Twee stellingen:
1. Een primate city is gunstig voor een land
2. Door een stedelijk netwerk is vervoer van goederen en mensen makkelijker

1. Stelling 1 en 2 zijn juist
2. Stelling 1 is juist Stelling 2 is onjuist
3. Stelling 1 en 2 zijn onjuist
4. Stelling 1 is onjuist Stelling 2 is juist

Wat is géén gunstige ligging voor een stad?

1. Aan een rivier
2. Vruchtbare grond
3. Bergachtig
4. Grondstoffen

In welke landen vindt de meeste urbanisatie plaats?

1. Rijke landen
2. Arme landen
3. Zowel rijke als arme landen
4. Landen die niet heel rijk of arm zijn

Wat is géén oorzaak van urbanisatie

1. Beter weer in de stad
2. Migranten die jonge gezinnen stichten
3. Beter werk in de stad
4. Beter leven in de stad

Krottenwijken

Stad in een arm land

Stad in een rijk land

Stad in een arm land

Stad in een rijk land

Planning

- In rijke landen goede planning:

1. Regels, wetten en plan
2. Infrastructuur: straten, riolering en leidingen

- In arme landen snelle groei en weinig geld en dus geen goede planning

Controleer jezelf!

- Je weet wat het verschil is in groei van steden in rijke en arme landen.

- Je begrijpt waarom de plattegrond van steden in rijke en arme landen verschilt.

- Je kunt de plattegrond van een stad in een rijk en in een arm land tekenen.

Stad in een arm land

Stad in een rijk land

Stad in een arm land

Stad in een rijk land

Vanaf welke periode begonnen steden in rijke landen erg te groeien?

1. Prehistorie
2. Industriële revolutie
3. Middeleeuwen
4. Moderne tijd

Vanaf wanneer begonnen steden in arme landen erg te groeien?

1. 1800
2. 1700
3. 1500
4. 1960

Het CBD (Central Business District) van een stad vind je vaak in....

1. Het centrum
2. Aan de randen van de stad
3. Nooit in de stad zelf
4. Zowel in het centrum als aan de randen van de stad

Wat is géén kenmerk van een krottenwijk?

1. Slechte bouwmaterialen
2. Central Business District (CBD)
3. Op gevaarlijke plekken
4. Geen riolering, waterleiding of elektriciteit