Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Woordenschat H2 les 1
Nederlands
Woordenschat H2
Les 1
blz 66/67
1 / 19
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
In deze les zitten
19 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Nederlands
Woordenschat H2
Les 1
blz 66/67
Slide 1 - Tekstslide
Doel van de les:
Vandaag leer je wat figuurlijk taalgebruik is.
Slide 2 - Tekstslide
Figuurlijk taalgebruik
In teksten kom je vaak
woorden
of
uitdrukkingen
met een figuurlijke betekenis tegen. Er wordt dan iets anders bedoeld dan er eigenlijk staat.
Slide 3 - Tekstslide
-Lezen
- Uitleg
-Opdrachten maken
Slide 4 - Tekstslide
Er staat:
Hij woont in het
hart
van de stad.
Bedoelt wordt:
Hij woont in het centrum/het midden van de stad.
Slide 5 - Tekstslide
Er staat:
Hij woont in het hart van de stad.
We sliepen onder de blote hemel.
De radijsjes schoten de grond uit.
Bedoelt wordt:
Hij woont in het centrum/het midden van de stad.
We sliepen buiten.
De radijsjes groeiden heel snel.
Slide 6 - Tekstslide
Eens kijken wat jullie al weten.
Slide 7 - Tekstslide
Er volgen nu wat voorbeelden. Kies uit figuurlijk of letterlijk taalgebruik.
Slide 8 - Tekstslide
Zij kookt van woede.
A
Figuurlijk
B
Letterlijk
Slide 9 - Quizvraag
Dit meisje kookt 'figuurlijk' van woede. Je kunt natuurlijk niet echt koken van woede. Men zegt dit als iemand heel erg kwaad is.
Slide 10 - Tekstslide
Je kop in het zand steken.
A
figuurlijk
B
letterlijk
Slide 11 - Quizvraag
Je steekt natuurlijk niet letterlijk je kop in het zand.
Er wordt letterlijk bedoelt dat je net alsof doet of er geen probeem is, terwijl dit wel zo is.
Slide 12 - Tekstslide
De boom groeit echt snel.
A
figuurlijk
B
letterlijk
Slide 13 - Quizvraag
Franks vader is een boom van een vent.
A
figuurlijk
B
letterlijk
Slide 14 - Quizvraag
Toen kwam de aap uit de mouw.
A
figuurlijk
B
letterlijk
Slide 15 - Quizvraag
De aap klimt in de boom.
A
figuurlijk
B
letterlijk
Slide 16 - Quizvraag
Nu hebben jullie wat geoefend met het verschil tussen letterlijk en figuurlijk taalgebruik.
Slide 17 - Tekstslide
Aan de slag
Maak nu opdracht 1 t/m 3 op blz. 66.
Ben je al klaar? Ga dan verder met opdracht 4.
Slide 18 - Tekstslide
Goed gedaan!
Ben je nog niet helemaal klaar met opdr. 1 t/m 3? Maak deze dan thuis verder af.
Slide 19 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Woordenschat H2 les 1
Januari 2022
- Les met
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Woordenschat H2 les 1
November 2019
- Les met
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Woordenschat 2-2
November 2021
- Les met
28 slides
Nederlands
Middelbare school
Uitleg 2 Deniz / Letterlijk en figuurlijk taalgebruik
Oktober 2023
- Les met
15 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
Uitleg 2 Deniz / Letterlijk en figuurlijk taalgebruik
December 2023
- Les met
18 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
Woordenschat H2: figuurlijk taalgebruik
Oktober 2024
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 2
Woordenschat H1 en H2 herhalen
Oktober 2024
- Les met
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, t
Leerjaar 2
Woordenschat H2: figuurlijk taalgebruik
Oktober 2024
- Les met
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, t
Leerjaar 2