7.2 Slavernij in de koloniën H4

Programma:
  1. (Dagstart 5 min.)
  2. Check-in (5 min.)
  3. 7.2 Slavernij in de koloniën: Kijkopdracht (20 min.)
  4. 7.2 Slavernij in de koloniën: Uitleg (5 min.)
  5. 7.2 Slavernij in de koloniën: Opdracht 3 en 4 (10 min.)
  6. Check-out (5 min.)





1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Programma:
  1. (Dagstart 5 min.)
  2. Check-in (5 min.)
  3. 7.2 Slavernij in de koloniën: Kijkopdracht (20 min.)
  4. 7.2 Slavernij in de koloniën: Uitleg (5 min.)
  5. 7.2 Slavernij in de koloniën: Opdracht 3 en 4 (10 min.)
  6. Check-out (5 min.)





Slide 1 - Tekstslide

7.2 Slavernij in de koloniën
HAVO 4

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen deze les:
5. Je kunt het verband uitleggen tussen de opkomst van plantagekoloniën in West-Indië en de toenemende trans-Atlantische slavenhandel.
6. Je kunt beschrijven hoe in Suriname een complexe samenleving ontstond met diverse bevolkingsgroepen, plichten en rechten. bewerkten in de plantagekoloniën.
7. Je kunt verklaren welke veranderingen in de Europese samenleving de opkomst van het abolitionisme veroorzaakten.








Slide 3 - Tekstslide

Kijkopdracht Slavenhandel
Noteer de volgende kijkopdrachten:
  1. Waarom ging Nederland aan slavenhandel doen? Was er sprake van een dilemma?
  2. Wat veranderde aan de bestaande slavenhandel door de komst van de Europeanen?
  3. Hadden de Nederlanders er ook voor kunnen kiezen om geen slaven te handelen?
  4. Heeft deze informatie je mening over het aanbieden van excuses beïnvloedt? Waarom wel/niet?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Waarom ging Nederland aan slavenhandel doen? Was er sprake van een dilemma?
Wat veranderde aan de bestaande slavenhandel door de komst van de Europeanen?
Hadden de Nederlanders er ook voor kunnen kiezen om geen slaven te handelen?
Heeft deze informatie je mening over het aanbieden van excuses beïnvloedt? Waarom wel/niet?

Slide 6 - Open vraag

Het ontstaan van de Verlichting
Wetenschappelijke revolutie --> 
Gebruik ratio (de Rede) -->
Rationeel optimisme: de overtuiging dat door het gebruik van de ratio een betere wereld zal ontstaan -->
Verlichting/verlichte ideeën

Dus: De wetenschappelijke revolutie in de 17e eeuw (KA26, natuurwetenschappelijk) veroorzaakt De Verlichting in de 18e eeuw (KA27, sociaal-wetenschappelijk)


Slide 7 - Tekstslide

Het ontstaan van de Verlichting
Wetenschappelijke revolutie --> 
Gebruik ratio (de Rede) -->
Rationeel optimisme: de overtuiging dat door het gebruik van de ratio een betere wereld zal ontstaan -->
Verlichting/verlichte ideeën

Dus: De wetenschappelijke revolutie in de 17e eeuw (KA26, natuurwetenschappelijk) veroorzaakt De Verlichting in de 18e eeuw (KA27, sociaal-wetenschappelijk)


Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 3 & 4
Maak opdracht 3 en 4 van 7.2 in Feniks (blz 130-131)
Klassikaal bespreken

Slide 9 - Tekstslide

Check de leerdoelen:
5. Je kunt het verband uitleggen tussen de opkomst van plantagekoloniën in West-Indië en de toenemende trans-Atlantische slavenhandel.
6. Je kunt beschrijven hoe in Suriname een complexe samenleving ontstond met diverse bevolkingsgroepen, plichten en rechten. bewerkten in de plantagekoloniën.
7. Je kunt verklaren welke veranderingen in de Europese samenleving de opkomst van het abolitionisme veroorzaakten.







Slide 10 - Tekstslide