ADL P3 W5 Zorg voor het huishouden deel 1

Zorg voor het huishouden

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Zorg voor het huishouden

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen

Slide 2 - Tekstslide

Waar denk je aan als je het woord
SCHOONMAAKREGEL hoort?

Slide 3 - Woordweb

Dit zijn de volgende schoonmaakregels waaraan jij je moet houden:








  1. Werk van schoon naar vuil;
  2. Werk van buiten naar binnen;
  3. Werk van hoog naar laag;
  4. Werk in een logische; werkvolgorde 
  5. Werk in een ruimte steeds linksom of rechtsom.

Slide 4 - Tekstslide







Kennisvraag: Vertel wat de vijf belangrijkste schoonmaakregels zijn? 
Inzichtvraag: Welke schoonmaakmanier gebruik jij, tijdens het schoonmaken van een bepaalde plek in jou huis?  
Toepassingsvraag: Stel dat jij moet schoonmaken bij iemand thuis, welke schoonmaakregels zou jij gebruiken? Waarom zou jij je aan deze regels houden, tijdens het schoonmaken?  

Slide 5 - Tekstslide

Schoonmaakmethodes
1. droog schoonmaken
2. klamvochtig schoonmaken
3. nat schoonmaken

Slide 6 - Tekstslide

droog schoonmaken
de snelste manier
afstoffen
vuil opvegen
stofzuigen

Slide 7 - Tekstslide

klamvochtig schoonmaken
bij vuil dat vastzit
bijvoorbeeld kringen op een glazen tafel of een klodder jam
moppen van de vloer

Slide 8 - Tekstslide

nat schoonmaken
vuil dat sterk gehecht is aan de oppervlakken
bijv. vloer dweilen
badkamer 

Slide 9 - Tekstslide

Wat staat er allemaal in een schoonmaakplan?

Slide 10 - Open vraag

Welke schoonmaakklus doe je dagelijks?
A
ramen lappen
B
toilet schoonmaken
C
afstoffen
D
koelkast schoonmaken

Slide 11 - Quizvraag

Hoe werk je hygienisch
A
Door je handen te wassen voor en na het opmaken van het bed
B
Door je sieraden af te doen
C
Door handschoenen aan te doen
D
Door alles wat hier voor genoemd is

Slide 12 - Quizvraag

Hoog naar laag
Linksom of rechtsom 
logische werkvolgorde
buiten naar binnen 
Schoon naar vuil 

Slide 13 - Sleepvraag

Waar let je op als je
een bed gaat opmaken

Slide 14 - Woordweb

Bij het opmaken van het bed, mag je de kussens en lakens wel even op de grond leggen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quizvraag

Als je de deken achterin te strak instopt, wat kun je dan krijgen aan je voeten?

Slide 16 - Open vraag

Kreukels in het onderlaken kunnen ... veroorzaken.

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

Wat is een goede werkhoogte
A
het bed staat bij je middel
B
heuphoogte
C
wat jezelf prettig vindt
D
anders,

Slide 19 - Quizvraag

Verpleegbed / Hoog-Laagbed
(voor zorgvrager)
  • comfortabel
  • ondersteuning van de houding in bed
  • veilig
  • bedhekken
  • bevordert zelfredzaamheid
  • in hoogte verstelbaar

Slide 20 - Tekstslide

Verpleegbed / Hoog-Laagbed
(voor verzorgende)

  • Verstelbaar
  • Verplaatsbaar
  • Reinigbaar

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Voor welke ouderen is een hoog-laagbed belangrijk?
A
Ouderen die lui zijn
B
ouderen die bedlegerig zijn
C
Ouderen die uit hun bed vallen
D
Alle antwoorden zijn onjuist

Slide 25 - Quizvraag

Waarom is een hoog-laagbed in de zorg van belang?
A
Voor de zorgvrager is het prettig.
B
Leuk speelgoed.
C
Voor de werkhouding van de zorgverlener.
D
A en C zijn beide goed.

Slide 26 - Quizvraag

Wat is een AD-matras?

Slide 27 - Open vraag

Slide 28 - Tekstslide

anti-decubitusmatras
hoog- laagbed
nachtkastje
afstandsbediening
papegaai
klossen

Slide 29 - Sleepvraag

Aandachtspunten 

Slide 30 - Tekstslide