week voor projectweek 3 (les 1)

Mavo 2
vandaag:
Bespreken toets 
Herhaling arbeidsmarkt
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Mavo 2
vandaag:
Bespreken toets 
Herhaling arbeidsmarkt

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

THEMA ARBEIDSMARKT
2MAVO Les 1
ARBEIDSMARKT
QUIZ

Slide 3 - Tekstslide

Welke uitspraak over het minimumloon is juist? Het minimumloon is:
A
Het laagste loon in een bedrijf
B
Het loon dat je minimaal moet ontvangen als je werkt
C
Het loon na belastingen en premies
D
Een ander woord voor de bijstand

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de arbeidsmarkt?
A
Alle banen die er zijn bij bedrijven
B
Alle mensen die werken of werk zoeken
C
Alle mensen die werk zoeken
D
Antwoord A en B samen

Slide 5 - Quizvraag

Wat betekent solliciteren?
A
Vacature
B
Alle gegeven antwoorden zijn fout
C
Dat je laat weten dat je al een baan hebt
D
Dat je laat weten dat je een baan graag hebben wilt

Slide 6 - Quizvraag

Wat is een arbeidsovereenkomst?
A
Het wettelijk ontslag vanuit de werkgever
B
Het wettelijk minimumloon
C
Betaalde arbeid
D
Afspraak tussen werkgever en werknemer

Slide 7 - Quizvraag

Wat is een vacature?
A
Een vacature is een manier om te solliciteren
B
Een vacature is een baan die niet meer beschikbaar is
C
Een vacature is een baan die vrij is
D
Een vacature is een manier om ontslag te nemen

Slide 8 - Quizvraag

Scholing is ......
A
De vervelende regel dat je naar school moet tot je 18e
B
Een opleiding waarin je leert voor een baan
C
Meerdere scholen bij elkaar
D
Een school van de ING-bank

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de arbowet?
A
Wet met regels voor werk- en rusttijden
B
Wet met regels voor veilige en gezonde arbeidsomstandigheden
C
Tijd tussen het moment waarop je ontslag neemt of krijgt en de einddatum van je baan
D
Het juiste antwoord staat er NIET bij

Slide 10 - Quizvraag

Een werknemer is
A
Iemand die in dienst van een baas betaald werk doet
B
Iemand die een werk aanneemt
C
Iemand die een baan voor je heeft
D
Iemand die werkt zoekt

Slide 11 - Quizvraag

Wat betekent technologische ontwikkeling?
A
Nieuwe kennis over economie
B
Nieuwe kennis over Nederland
C
Nieuwe kennis over techniek en uitvindingen
D
Ontwikkelingen in Nederland

Slide 12 - Quizvraag

Wat is een CAO?
A
Centrale Arbeidsovereenkomst
B
Collectieve Arbeidsonderneming
C
Centrale Arbeidsonderneming
D
Collectieve Arbeidsovereenkomst

Slide 13 - Quizvraag

Waarom doen bedrijven aan technologische ontwikkeling?
A
Om goedkoper en beter te kunnen produceren
B
Omdat dit wettelijk verplicht is

Slide 14 - Quizvraag

Wat is een werkgever?
A
Iemand die bij een bedrijf/winkel werkt
B
Een bedrijf/winkel die werknemers in dienst heeft
C
Een leerling
D
Vakkenvuller

Slide 15 - Quizvraag

Als je niet werkt, ben je nog niet werkloos. Wanneer ben je wel werkloos?
A
Je bent actief op zoek naar werk
B
Je hebt geen baan
C
Je bent tussen de 15 en de pensioenleeftijd.
D
Je voldoet aan alle drie voorwaarden (A+B+C)

Slide 16 - Quizvraag

Wat is een proeftijd?
A
Een periode waarin de werkgever meteen kan opzeggen als het werk niet bevalt.
B
Een periode waarin de werknemer kan opzeggen als het werk niet bevalt.
C
Een periode waarin de werknemer en werkgever meteen kunnen opzeggen als het niet bevalt.
D
Een periode waarin eten gratis geproefd mag worden

Slide 17 - Quizvraag

Bij een vaste baan heb je een contract voor....
A
Bepaalde tijd
B
Onbepaalde tijd

Slide 18 - Quizvraag

Loonbelasting en premies worden ingehouden op je 
Het salaris dat op je rekening wordt gestort is je 
Brutoloon
Nettoloon

Slide 19 - Sleepvraag

Het brutoloon is €2.200. De inhoudingen zijn 28% van het brutoloon. Hoeveel is het nettoloon?

Slide 20 - Open vraag