wat is wetenschap

Wat is wetenschap?
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wat is wetenschap?

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
-Aan het eind van deze les ben je bekend met de begrippen ontologie en epistemologie en kun je deze begrippen ook toepassen..
-Aan het eind van deze les ben je je bewust van jouw ontologische en epistemologische aannames en die in jouw profielwerkstukvakken gangbaar zijn. Bovendien zie je de voordelen maar ook de valkuilen van deze aannames.
-Aan het eind van deze les weet je welke wetenschappelijke aanpak het best bij jouw manier van denken past!

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

 wetenschap


Pseudowetenschap

Slide 4 - Sleepvraag

-Ontologie (descriptief)

Slide 5 - Tekstslide

Noem een ontlogische aanname in de scheikunde?

Slide 6 - Open vraag

Noem een ontlogische aanname in de wiskunde?

Slide 7 - Open vraag

Noem een ontologische aanname in de geschiedenis?

Slide 8 - Open vraag

Welk vakken wil jij in jouw profielwerkstukken betrekken en welke ontologische aannames gelden daar? (Minimaal 3 voorbeelden)

Slide 9 - Open vraag

Wat zou er gebeuren als je deze aanname wijzigt?
timer
3:00

Slide 10 - Open vraag

Epistemologie (methodiek)
-Inductief/instrumentalistsich 
-Deductief/methodistisch 

Slide 11 - Tekstslide

Wees ervan bewust dat je ontologische en epistemologische
opvatting jouw keuzes tijdens het onderzoeksproces
beïnvloedt

Slide 12 - Tekstslide

Klimaatverandering en de piraten
-correlatie vs causaal verband.

Slide 13 - Tekstslide

Aristoteles (384-322 BC)


drie vormen van kennis:
theoretische kennis
praktische kennis
poëtische kennis

Slide 14 - Tekstslide

Copernicus (1473-1543) (Wetenschappelijke revolutie)

mathematisch model
instrumentalisme

Slide 15 - Tekstslide

Copernicus of Aristoteles?

Slide 16 - Open vraag

Francis Bacon
empiristisch

Slide 17 - Tekstslide

David Hume (1711-1776)
radicaal empirist

relations of ideas (analytisch)
matters of fact (synthetisch)

Slide 18 - Tekstslide

Een kind is nog geen slaaf van gewenning, zegt hij, in tegenstelling tot veel volwassenen die door hun bevooroordeeldheid maar al te snel een conclusie vormen. 

Slide 19 - Tekstslide

Instrumentalstisch vs Realistisch

Slide 20 - Tekstslide

De kwestie is of een natuurwetenschappelijke theorie een beschrijving
geeft van de werkelijkheid, ook voor zover die niet direct waargenomen wordt, of dat de theorie
slechts een instrument is dat gebruikt wordt voor het doen van voorspellingen. In het eerste
geval heeft het zin de vraag te stellen of de theorie "waar" is, d.w.z. een getrouwe beschrijving
geeft van hoe de natuur werkelijk is. In het tweede geval heeft die vraag geen zin. Een
instrument is niet "waar" of "onwaar", maar slechts meer of minder bruikbaar, handig of
efficiënt. Als men meent dat theorieën inderdaad al dan niet ware beschrijvingen leveren,
hanteert men een realistische interpretatie van theorieën. Beschouwt men een theorie alleen als
instrument, dan stelt men zich op het standpunt van het instrumentalisme.

Slide 21 - Tekstslide

David Hume

Slide 22 - Tekstslide

Immanuel Kant

Slide 23 - Tekstslide

Popper

Slide 24 - Tekstslide

Diamantopdracht.

Slide 25 - Tekstslide

Uit bovenstaande krijg je misschien de indruk dat er een rigide verdeling is tussen deductie en inductie. Het is echter mogelijk om beiden te combineren in een onderzoek. Sterker nog, ze kunnen elkaar perfect aanvullen. De meest gepaste methode hangt af van de stand van de kennis over het gebied waar je onderzoek naar wilt doen. Als er een overvloed aan theorie beschikbaar is, dan kunnen daaruit een onderzoeksraamwerk en hypothesen gededuceerd worden. Wanneer het juist gaat om een onderwerp dat nieuw is, waarover onenigheid bestaat of weinig literatuur beschikbaar is, dan is het gepaster om inductief te werk te gaan. De meeste onderzoeken zitten ergens in het midden: er zijn een aantal theorieën en onderzoeken beschikbaar, maar er valt nog genoeg aan toe te voegen op basis van empirie (specifieke waarnemingen). Bijvoorbeeld, we weten vanuit bepaalde aannames over menselijk gedrag dat bepaalde leiderschapsstijlen in het algemeen wel of niet bevorderend zijn voor bedrijfsprestaties, maar we weten dit niet voor elk type bedrijf of land..

Slide 26 - Tekstslide