3 maart

3 maart
Leesvaardigheid H3
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

3 maart
Leesvaardigheid H3

Slide 1 - Tekstslide

Startvraag: wat is het onderwerp+tekstvorm van tekst 2 (HW)?

Slide 2 - Open vraag

Planning
10 minuten: lesopening, startvraag, planning, leerdoelen 
5 minuten: kort bespreken huiswerk (tekst 2 en opdracht 7)
20 minuten: theorie soorten argumenten (10.3) en retorische middelen (12.3)
10 minuten: aanvullen betoog
5 minuten: slotvraag + afronding 

Slide 3 - Tekstslide

Na deze les 
- weet je meer over soorten argumenten
- weet je meer over retorische middelen 
- kun je soorten argumenten en retorische middelen toepassen in jouw betoog

Slide 4 - Tekstslide

Kort bespreken huiswerk
Tekst 2 
- tekstsoort?
- tekstvorm?
- tekstdoel?
- tekststructuur? 
- onderwerp?
- hoofdgedachte?

Slide 5 - Tekstslide

Nieuwe theorie 10.3/12.3
Wat was ook al weer een argumentatieschema? 


Slide 6 - Tekstslide

timer
2:00
Verschillende soorten argumenten?

Slide 7 - Woordweb

Verschillende soorten argumenten en argumentatieschema's (10.3)
- verschillende soorten argumenten 
- verschillende soorten argumentatie (op basis van...) 

= correcte en effectieve ondersteuning van jouw standpunt 

Voor nu: altijd kiezen uit een lijst + toepassen op jouw betoog

Slide 8 - Tekstslide

Verschillende 
soorten argumenten en argumentatieschema's (10.3)

Slide 9 - Tekstslide

Verschillende 
soorten argumenten en argumentatieschema's (10.3)

Slide 10 - Tekstslide

Pak je theorieboek erbij (blz 127/128). Welke soorten argumenten/argumentatieschema's kan je toevoegen
aan jouw betoog over jouw leesboek? Of welke gebruikte
je al onbewust?
timer
5:00

Slide 11 - Open vraag

12.3 retorische middelen
argumentatie/argumentatieschema's = noodzakelijk voor correct en effectief betoog

Maar... we kunnen de boel ook nog opleuken -> retorische middelen!
Retorica = de kunst van het mooi spreken, om het publiek te boeien en te overtuigen

Slide 12 - Tekstslide

12.3 retorische middelen
Retorische middelen = stijlmiddelen om je overtuiging zo effectief en boeiend mogelijk over te brengen. Let op: overdaad schaadt = drogredenen

Kijk zelf de lijst (12.3) door en voeg maximaal 3 retorische middelen toe aan je schrijfplan+ betoog!

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag
  1. neem 12.3 (blz 145) goed door 
  2. kies maximaal 3 retorische middelen voor jouw betoog 
  3. Werk de eerdergekozen soorten argumenten + deze retorische middelen uit in jouw schrijfplan  
  4. Klaar? Begin aan het uitwerken van jouw betoog. 

10 minuten de tijd. Vragen?

Slide 14 - Tekstslide

Afrondingsvraag 1: wat is een retorisch middel?

Slide 15 - Open vraag

Afrondingsvraag 2: in hoeverre heb je de leerdoelen behaald?
- weet je meer over soorten argumenten
- weet je meer over retorische middelen
- kun je soorten argumenten en retorische middelen toepassen in jouw betoog
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll

Afronding
Als het goed is...
- weet je meer over soorten argumenten
- weet je meer over retorische middelen 
- kun je soorten argumenten en retorische middelen toepassen in jouw betoog

HW: betoog afschrijven (inclusief argumenten en retorische middelen)
--> deadline maandag! 

Slide 17 - Tekstslide