Donderdag 8 juni 2023

• ANT2+
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Donderdag 8 juni  2023

08.30 - 9.20 uur Beroepsonderwijs	12.10 - 12.40 uur pauze
9.20 - 10.10 uur	12.40 - 13.30 uur Woordenschat / disk Woordmeppen
10.10 - 10.30 uur pauze	13,30 - 14.20 uur Puzzel tekenrace
10.30 - 11.20 uur woordenschat thema Nederland
11.20 - 12.10 uur rekenen met meneer Antoon

Pauze

    Pauze 

Woordenschat

Vandaag leer je vijf nieuwe woorden bij het thema Nederland

Schrijf het woord op en ook de betekenis.

achteruitgaan

• slechter worden; minder worden
•  gezondheid; ogen etc
• scheidbaar werkwoord: gaan achteruit
• Zin: Mijn ogen zijn achteruit gegaan, ik zie steeds minder.
• Zin: Als je ouder wordt, gaat ook je gezondheid achteruit.

de bocht

• een plaats waar een weg of lijn buigt
• een kromming in de weg
• meervoud: bochten
• Zin: Hier gaat de weg met een bocht naar rechts.
• Zin: Als je de bocht omgaat zie je ons huis staan.

nadenken

• je hersenen gebruiken om een probleem op te lossen
• scheidbaar werkwoord: dacht na, heeft nagedacht
• iemand denkt na (over iets)
• Zin: Ik moet nog even over uw voorstel nadenken.
• Zin: Wij hebben nagedacht over wat de juf zei, ze heeft gelijk!

stappen

• de ene voet voor de andere zetten
• Zin: In drie grote stappen was ze bij de deur.
• stap voor stap; langzaam, maar wel duidelijk
• Zin: Hij gaat stap voor stap vooruit.
• lopen; gaan; uitgaan
• Zin: Vanavond gaan de vriendinnen samen stappen.

amuseren

• plezier geven of plezier hebben
•  amuseerde, heeft geamuseerd
• zich amuseren: amuseerde zich, heeft zich geamuseerd
• Zin: Het kleine meisje amuseerde iedereen met haar vrolijke verhalen.
• Zin: De gasten amuseerden zich goed op het feest.

de wandeling

• een tocht waarbij je lopend van de ene plaats naar een andere gaat
• meervoud: wandelingen; verkleinwoord: wandelingetje
• werkwoord: wandelen
• Zin: Ze maakten een lange wandeling langs de rivier.
• Zin: De wandeling duurde langer dan ik had verwacht, we hebben vier uur gelopen.

Wat betekent :
stappen

1. iets kapot maken
2. de ene voet voor de andere zetten
3. voeten naast elkaar zetten
4. stoppen met iets

Waar wordt het woord:
amuseren
goed gebruikt?

1. Je vervelen.
2. Iets niet leuk vinden.
3. Iemand plezier geven.
4. Plezier in iets hebben.

Wat is:
een bocht?

1. Een rechte weg.
2. Een kromming in een weg.

Waar denk je wel een over na?

Zoek een foto van een plek waar je een wandeling kunt maken.

Opdracht: welk woord hoort in de zin?

Welk woord hoort in de zin? Schrijf alleen het woord op, niet de hele zin!

Er zijn mensen die elke dag hun ..................... tellen die ze maken.

Volgende week gaan we een lange ...................... maken in het bos.

Er zitten veel ................... in deze lange weg.

De vrienden hebben zich ........................... tijdens de voetbalwedstrijd.
( vervoeg het woord)

Om een beslissing te kunnen maken moet je eerst heel goed ...........................

Zinnen maken

Het rad draait een naam. Zie je jouw naam? Dan maak je 1 zin met één of meer woorden: 

de bocht, nadenken, stappen, amuseren en de wandeling.

Rekenen

Pauze

    Pauze 

Disk

Werken aan bronnen en bouwstenen Disk thema Internet en social media.

Wil je een andere kleur of een toets maken? Vraag het je docent!