Herhaling 2.1 t/m 2.4 + 2.5 deel 1
Welk orgaan zorgt voor het aanmaken van zaadvocht?
1 / 21
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Welk orgaan zorgt voor het aanmaken van zaadvocht?
Slide 1 - Open vraag
Waar worden
de zaadcellen gemaakt?
de zaadcellen gemaakt?
A
in de prostaat
B
in de bijballen
C
in het zaadblaasje
D
in de zaadballen
Slide 2 - Quizvraag
Eikel
Blaas
Zaadleider
Zaadbal
Bijbal
Prostaat
Slide 3 - Sleepvraag
wat is de functie van de eierstokken?
A
daar vindt bevruchting plaats
B
daar vindt productie en rijping van de eicellen plaats
C
deze vervoert de eicellen naar de baarmoeder
D
hierin ontwikkelt zich de bevruchte eicel
Slide 4 - Quizvraag
Wat is de functie van de eileiders?
A
vervoeren eicellen
B
maken eicellen
Slide 5 - Quizvraag
Baarmoeder
Eierstok
Eileider
Slide 6 - Sleepvraag
eierstokken
De eileider
de baarmoeder
maagdenvlies
clitoris
Hier worden de eicellen gemaakt
Vervoert rijpe eicel richting baarmoeder
Hierin groeit het ongeboren kindje
randje slijmvlies aan begin van vagina
Gevoelig voor seksuele prikkels
Slide 7 - Sleepvraag
Een ander woord voor de EISPRONG
A
Ovulatie
B
Menstruatie
Slide 8 - Quizvraag
Penis en balzak
A
zijn primaire geslachtskenmerken
B
zijn secundaire geslachtskenmerken
Slide 9 - Quizvraag
Wat zijn primaire geslachtskenmerken van de vrouw?
A
Borsten en vagina
B
Vagina en schaamlippen
C
Bredere heupen en borsten
D
Ronde lichaamsvormen en vagina
Slide 10 - Quizvraag
Wat zijn secundaire geslachtskenmerken van de man?
A
balzak en penis
B
borsthaar en penis
C
balzak en borsthaar
D
borsthaar en lagere stem
Slide 11 - Quizvraag
Duurt de menstruatiecyclus ongeveer 28 dagen?
A
ja
B
nee
Slide 12 - Quizvraag
Gewone celdeling heet ook wel:
A) mitose B)meiose
A) mitose B)meiose
A
mitose
B
meiose
Slide 13 - Quizvraag
Er vindt celdeling plaats om zaadcellen te maken. Is dit mitose of meiose
A) Mitose B) meiose
A) Mitose B) meiose
A
Mitose
B
Meiose
Slide 14 - Quizvraag
Deze zaadcel bevat 23 chromosomen.
Bij welke deling is deze zaadcel ontstaan?
A) Mitose
B) Meiose
Bij welke deling is deze zaadcel ontstaan?
A) Mitose
B) Meiose
A
Mitose
B
Meiose
Slide 15 - Quizvraag
Waar vindt de mitose plaats in ons lichaam?
A) Alleen de huid
B) Overal in het lichaam
C) overal in het lichaam, niet in eierstok en teelbal.
D) In de eierstokken en in de teelballen
A) Alleen de huid
B) Overal in het lichaam
C) overal in het lichaam, niet in eierstok en teelbal.
D) In de eierstokken en in de teelballen
A
Alleen in de huid
B
Overal in het lichaam
C
Overal in het lichaam, niet in eierstok en teelbal
D
In de eierstokken en in de teelballen
