H12 Elektriciteit KB

Serie- en parallelschakeling:
Serieschakeling:
  • 1 stroomkring
  • 1 lampje uit > alles uit
  • Stroomsterkte is overal gelijk
  • Spanning wordt verdeeld
Parallelschakeling:
  • meerdere stroomkringen
  • 1 lampje uit > rest blijft aan
  • De totale stroomsterkte is de de stroom van alle sub-kringen bij elkaar opgeteld
  • De spanning is gelijk bij elke sub-kring
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 31 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Serie- en parallelschakeling:
Serieschakeling:
  • 1 stroomkring
  • 1 lampje uit > alles uit
  • Stroomsterkte is overal gelijk
  • Spanning wordt verdeeld
Parallelschakeling:
  • meerdere stroomkringen
  • 1 lampje uit > rest blijft aan
  • De totale stroomsterkte is de de stroom van alle sub-kringen bij elkaar opgeteld
  • De spanning is gelijk bij elke sub-kring

Slide 1 - Tekstslide

Stroomsterkte
Is het aantal elektronen die door de stoomkring lopen 

"I" is het symbool voor stroomsterkte
De eenheid is ampère (A)

Stroommeter (ampèremeter) meet je de hoeveelheid stroom 
(ALTIJD IN SERIE)

Kleine 
stroom
Grote
stroom

Slide 2 - Tekstslide

Stroomsterkte in een schakeling
In Serie-schakeling:
  • De stroomsterkte is overal gelijk


In een parallel-schakeling
  • Tel de stroomsterkte van alle subkringen op.
  • Dit is de stroom die door de hoofdkring loopt.
It=I1+I2+I3+...
It=I1=I2=I3=...

Slide 3 - Tekstslide

Spanning
De spanning van de spanningsbron bepaalt hoeveel energie de spanningsbron kan leveren. 

Het symbool voor spanning is U
De eenheid is volt (V).

Stopcontact heeft een spanning van ... V

Spanning meet je met een voltmeter 
(ALTIJD in PARALLEL)
Hoge 
spanning
Lage
spanning

Slide 4 - Tekstslide

Spanning in een schakeling
In Serie-schakeling:
  • De spanning word verdeeld over weerstanden/lampjes



In een parallel-schakeling
  • Is de spanning overal gelijk in een sub-kring
Ut=U1+U2+(U)3+...
Ut=U1=U2=U3=...

Slide 5 - Tekstslide

Serieschakeling
1
3
2

Slide 6 - Tekstslide

Serieschakeling
1
3
2

Slide 7 - Tekstslide

Vervangings - of totale weerstand? 
1
2

Slide 8 - Tekstslide

Totale weerstand serieschakeling
1
2
3

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 1

Slide 10 - Tekstslide

Uitwerking opdracht 1

Slide 11 - Tekstslide

Parallelschakeling
1
3
2

Slide 12 - Tekstslide

Parallelschakeling
1
3
2

Slide 13 - Tekstslide

Vervangings - of totale weerstand? 
1
2

Slide 14 - Tekstslide

Vervangingsweerstand parallelschakeling
1
2
3

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht 2
12V

Slide 16 - Tekstslide

Uitwerking opdracht 2

Slide 17 - Tekstslide

Maken 12.3
Vanaf bladzijde 41
Opgave 1 t/m 11 

Slide 18 - Tekstslide

Meterkast

Slide 19 - Tekstslide

kWh-meter

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Stopcontact
Bekijk de twee stopcontacten.

De linker heeft een randaarde (de ijzeren contactjes) en de bijbehorende stekker heeft inkepingen.


Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Dubbele isolatie

Slide 24 - Tekstslide

Kortsluiting
1
2

Slide 25 - Tekstslide

Overbelasting
Maximumstroom per groep: 16A  
Meer = brandgevaar

te veel apparaten => overbelasting
want: stroom hangt af van aangesloten vermogen

Bij overbelasting wordt de groep uitgeschakeld door de zekering

Slide 26 - Tekstslide

De aardlekschakelaar
De aardlekschakelaar reageert als er stroom 'weglekt' via een andere weg dan de draden, b.v. via je lichaam.
Hij vergelijkt Ifasedraad met Inuldraad
het verschil noem je de Ilek (lekstroom).
Als Ilek > 30mA zet de aardlekschakelaar
de groep uit.



Slide 27 - Tekstslide

Aardlekschakelaar 

Slide 28 - Tekstslide

4 kleuren bedrading
Bruin - fasedraad (230 V)
Blauw - nuldraad


Groengeel - aarde
Zwarte - schakeldraad: Alleen spanning als schakelaar aan is.
Welke draden kun je veilig aanraken?
nuldraad
Waarom raak je ook de nuldraad niet aan? Omdat er een kans is dat bijv. een vorige bewoner de nuldraad en fasedraad verwisseld heeft. Dan werkt alles perfect - maar staat alle spanning op de nuldraad. 

Slide 29 - Tekstslide

Aarding

Slide 30 - Tekstslide

Maken 12.4
Vanaf bladzijde 53 
Opgave 1 t/m 12 
*opgave 7 niet

Slide 31 - Tekstslide