Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
3-9 Oog en bril (3.4)
Oog en bril (3.4)
1 / 36
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Natuurkunde
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
In deze les zitten
36 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Oog en bril (3.4)
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen vandaag?
Herhaling 3.3 Camera`s en projectoren
Uitleg paragraaf H3.4 Oog en bril
Zelfstandig werken H3.4 Oog en bril
Afsluiting/Vragen H3.4 Oog en bril
Slide 2 - Tekstslide
Afbeelden met licht (optische bank)
Slide 3 - Tekstslide
Lenzenformule
f
1
=
v
1
+
b
1
Met de lenzenformule kun je de brandpuntsafstand (f), de voorwerpafstand (v) of de beeldafstand (b) berekenen als je twee van de drie gegevens hebt.
Slide 4 - Tekstslide
Welke afstand is de voorwerpafstand?
A
afstand A
B
afstand B
C
afstand C
D
de brandpuntsafstand staat niet aangegeven
Slide 5 - Quizvraag
Welke afstand is de brandpuntsafstand?
A
afstand A
B
afstand B
C
afstand C
D
de brandpuntsafstand staat niet aangegeven
Slide 6 - Quizvraag
Als je oog het beeld scherp wil stellen, wat past het dan aan?
A
De voorwerpsafstand
B
De beeldafstand
C
De lenssterkte/ brandpuntsafstand
D
Niks, je moet gewoon geluk hebben
Slide 7 - Quizvraag
Welke lens heeft een kleinere brandpuntsafstand?
A
De bovenste lens
B
De onderste lens
C
dat kun je niet zeggen
Slide 8 - Quizvraag
Foto B is een
vergroting van A.
Wat is de factor?
A
80:24=3,33
B
80-24=56
C
24:80=0,3
D
80x24=1920
Slide 9 - Quizvraag
Toon aan dat de beeldafstand van 40cm klopt.
Slide 10 - Tekstslide
Hoe groot is de brandpuntafstand?
A
20 cm
B
10 cm
C
1 cm
D
Onvoldoende informatie om te beantwoorden.
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Tekstslide
Lesdoelen
Je kunt de onderdelen van het oog beschrijven.
Je kunt uitleggen wat accommoderen is.
Je kunt uitleggen wat bijziend, verziend en oudziend is.
Je kunt uitleggen met welke lenzen je bijziend, verziend en oudziend kunt verhelpen.
Je kunt de sterkte van een brillenglas berekenen.
Slide 13 - Tekstslide
Opbouw oog
5
4
3
2
1
Slide 14 - Tekstslide
Hoe zien we?
Licht passeert hoornvlies, ooglens en glasachtige lichaam
Licht valt op het netvlies
Dit heeft hetzelfde uitwerking als een + lens
Op het netvlies wordt het beeld scherp gesteld
Slide 15 - Tekstslide
Het netvlies bevat een groot aantal lichtgevoelige zintuigcellen.
Deze geven elektrische impulse af als er licht op valt.
Door de oogzenuw wordt dit doorgegeven aan de hersenen.
Slide 16 - Tekstslide
Het beeld staat de onderste-boven en is sterk verkleind
Slide 17 - Tekstslide
Pupil is de opening in de iris (de gekleurde gedeelte van de oog)
Veel licht - pupil klein
Weinig licht - pupil groot
Slide 18 - Tekstslide
Lens in oog
Afstand tussen oog en netvlies
± 17 mm constant, dus b staat vast.
Het oog past dus de brandpuntafstand aan (f).
Er is een kring van spiertjes rond het ooglens
Accomoderen - lens platter of boller maken
Slide 19 - Tekstslide
Bijziend
De ooglens is te sterk
Hierdoor kan je voorwerpen in de verte slecht zien
Je hebt een negatieve lens nodig
Slide 20 - Tekstslide
Verziend
De ooglens is te zwak
Je kan voorwerpen vlakbij slecht zien
Je hebt een positieve lens nodig
Slide 21 - Tekstslide
Oudziend
Ooglens is minder elastisch
Je hebt een positieve lens nodig
Slide 22 - Tekstslide
Dioptrie
Oogarts en opticien gebruiken dpt om de sterkte (S) van brilleglazen aan te geven.
Slide 23 - Tekstslide
Berekeningen:
1.
Brandpuntafstand in meter
2.
3. Het getal is S (lenssterkte)
S = +2, dan is f = 50 cm
f
1
S
=
f
1
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Opdrachten maken
Wat: lees paragraaf 3.4 op blz. 124 t/m 126 en maak opgaven 39 t/m 42 op blz. 127..
Hoe: helemaal stil!
Hulp: Geen
Tijd: 10 minuten lang
Huiswerk: opdrachten 43 t/m 48 op blz. 127 t/m 128.
Klaar?: Samenvatting maken van H3.1 Lichtbreking.
timer
10:00
Slide 26 - Tekstslide
Waarop valt het licht om een beeld te vormen in je oog?
A
Iris
B
Pupil
C
Netvlies
D
Hersenen
Slide 27 - Quizvraag
Bij veel licht is de pupil
A
Groot
B
Klein
C
Licht heeft geen invloed op pupil
Slide 28 - Quizvraag
Wat is constant in de oog
A
brandpuntafstand
B
beeldafstand
C
voorwerpafstand
Slide 29 - Quizvraag
Hoe heet het als de spiertjes rondom de les, de lens verstellen?
A
Revalideren
B
Accomoderen
C
Adapteren
D
Corrigeren
Slide 30 - Quizvraag
Wat is het probleem als je bijziend ben?
A
Ooglens is te sterk
B
Ooglens is te zwak
Slide 31 - Quizvraag
Warvoor lens heb je nodig als je bijziend ben
A
negatief
B
positief
Slide 32 - Quizvraag
Hoe sterk is een lens als de brandpuntafstand 35 cm is?
A
0,029
B
2,9
C
0,29
Slide 33 - Quizvraag
Bereken de brandpuntsafstand.
Slide 34 - Tekstslide
Opdrachten maken
Wat: lees paragraaf 3.4 op blz. 124 t/m 126 en maak opgaven 39 t/m 42 op blz. 127..
Hoe: helemaal stil!
Hulp: Geen
Tijd: 10 minuten lang
Huiswerk: opdrachten 43 t/m 48 op blz. 127 t/m 128.
Klaar?: Samenvatting maken van H3.1 Lichtbreking.
timer
10:00
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
15.3 Gezichtszintuig dl1 (zelfstandig)
Maart 2024
- Les met
26 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
6.4 Oogafwijkingen
Mei 2023
- Les met
33 slides
Natuurkunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
14.2-2 Je gezichtszintuig 5H
Mei 2023
- Les met
23 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
PULSAR H2 Licht en beeld - 2.5 Brillen en contactlenzen
Januari 2022
- Les met
20 slides
Natuurkunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
6.4 Oogafwijkingen
Maart 2021
- Les met
28 slides
Natuurkunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Overal 3 havo 6.4 oogafwijkingen
Mei 2020
- Les met
36 slides
Natuurkunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
6.4 Oogafwijkingen
Juni 2023
- Les met
29 slides
Natuurkunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
3.4 Oog en Bril
Maart 2020
- Les met
39 slides
Natuurkunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 3