In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Welkom
Paragraaf 1.1 Rekenen met geld
Leg bladzijde 10 voor je open!
Slide 1 - Tekstslide
Zinvol afronden
Ik kan afronden naar een geheel getal afhankelijk van de situatie.
Vaak zal je moeten afronden omdat het antwoord een kommagetal is. Naar welk geheel getal je moet afronden is afhankelijk van de situatie. Hiervoor moet je goed lezen en je gezond verstand gebruiken.
Slide 2 - Tekstslide
Rond af op een geheel getal: 8,56
Slide 3 - Open vraag
Rond af op 2 decimalen:
7,235
A
7,2
B
7,23
C
7,24
D
7,3
Slide 4 - Quizvraag
Rond af op een geheel getal: 1.098,49
Slide 5 - Open vraag
Rond af op 2 decimalen:
16,7544
A
16,7
B
16,8
C
16,75
D
16,76
Slide 6 - Quizvraag
Aan de slag
Wat? Maak opdracht 1, 3, 4, 6 en 8 op blz. 10 en 11.
Hoe? Eerste 3 minuten in stilte, daarna fluisterend overleggen.
Klaar? Maak opgave 1 t/m 5 op blz 12 en 13
timer
3:00
Slide 7 - Tekstslide
1.1 Rekenen met geld
Bij deze paragraaf leer je om te rekenen met geld.
- Je leert om af te ronden bij betalen met pinpas;
- Je leert om af te ronden bij betalen met contant geld;
Op bladzijde 12 en 15 van je wiskunde boek, vind je de theorie.
Slide 8 - Tekstslide
Afronden met contant geld
Tegenwoordig hebben wij
in Nederland geen 1 en 2
centen meer, 5 cent
hebben we nog wel.
Daarom moeten bedragen
worden afgerond.
Tegenwoordig hebben wij
in Nederland geen 1 en 2
centen meer, 5 cent
hebben we nog wel.
Daarom moeten bedragen
worden afgerond.
Let op:
Afronden doe je pas aan het
eind van een berekening
Afronden met contant geld
Slide 9 - Tekstslide
Afronden op veelvouden
Slide 10 - Tekstslide
Noteer de berekening
Slide 11 - Tekstslide
Aan de slag
Wat? Maak opdracht 1 t/m 11 op blz. 12 t/m 14.
Hoe? Eerste 3 minuten in stilte, daarna fluisterend overleggen.