3.9 Eerlijke Chocolade

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

3.9  Eerlijke Chocolade

Leerdoelen

• Ik kan uitleggen waarom het voor ontwikkelingslanden nadelig is te handelen met rijke landen.
  

• Ik  kan de voordelen van Fair Trade noemen.
  

Eet jij wel eens chocolade? Welk merk kies jij dan het liefst?

Het bittere leven van cocaoboeren

• Wereldwijd: 3 miljoen cocaoboeren
  - Houden van een €1 reep maar €0,03  over
  
  
• Grote armoede onder cacaoboeren
  - Kinderen helpen mee
  - Grote messen en giftige stoffen
  - Helft van kinderen gaat niet naar school

Moderne slavernij

• Mensen op commerciële cacaobedrijven:
  - Erg vergelijkbaar met moderne slaven
  
  

1. Gedwongen werk
2. Slecht betaald
3. Mensen uit andere landen gehaald of ontvoerd
4. Slechte behandeling

Internationale handel

• Mensen in rijke landen betalen het liefst weinig!

1. - Inkopers kopen grote hoeveelheden
2. - Prijs gaat omhoog?
3. - Tijdelijk niet inkopen waardoor prijs daalt
   
   

• Macht blijft bij de rijke landen!

Wat betekent Fairtrade volgens jou?

Fair trade -> eerlijker handel

Wat wil Fair Trade bereiken?

• Controle op slavernij en kinderarbeid.
  
• Meer geld voor de boeren.
  
• De boeren helpen om samen te werken en hun belangen te verdedigen.
  
• De boeren trainen om de productie te verhogen.
  

(Hoe) Werkt het?

Chocolaproducenten kunnen het keurmerk aanvragen.

Hun chocola is dan iets duurder.

Boeren krijgen meer, maar vaak nog steeds weinig betaald.

Eerlijke chocolade

• Steeds meer bekend over omstandigheden van cacaoboer
  - Opkomst van fairtrade
  - Ook bananen, koffie, thee, etc. 
  
  
• Max Havelaar: Keurmerk voor eerlijke handel
  - Training voor boeren, geld + hulp bij verkoop
  - Geen kinderarbeid

Werkt eerlijke chocolade?

• Van 2% in 2009 naar 58% keurmerk in 2015
  - Inkomens omhoog, kinderen naar school
  
  
• Afname van cacaoboeren door slecht vooruitzicht
  - Prijs cacao moet omhoog!
  
  
• Eerlijke chocolade niet altijd eerlijk!
  
  

Aan de slag!

Lezen: Paragraaf 3.9

Maken: Opdracht 1 t/m 14 (bladzijde 73-74)