De procenten staan voor dat deel wat de er verdient wordt.
Je ziet dat de boeren 3.2% krijgen van de opbrengst.
Slide 2 - Tekstslide
Een reep chocolade
Wat valt je nog meer op aan de opbrengsten van de chocolade?
Slide 3 - Tekstslide
Een reep chocolade
Stel de reep kost € 3,00
Hoeveel euro gaat er dan naar de boeren?
Hoeveel euro gaat er naar de supermarkt?
Slide 4 - Tekstslide
Een reep chocolade
0.032 x 3 = € 0,096
0,43 x 3 = € 1,29
Wat vind jij hiervan?
Slide 5 - Tekstslide
internationale arbeidsverdeling
Zoals je net zag bij de chocoladereep, is de productie daarvan in delen.
Bij deze reep worden de grondstoffen naar de rijke landen geëxporteerd, en zij maken er een eindproduct van.
Slide 6 - Tekstslide
kenmerken arbeidsverdeling tussen veel rijke en arme landen
ontwikkelingslanden produceren grondstoffen.
rijke landen verwerken deze tot eindproducten
Slide 7 - Tekstslide
ontwikkelingslanden
Zij kunnen zelf chocoladerepen maken, echter kunnen ze de repen niet verkopen in eigen land.
Hoe kan dat?
Slide 8 - Tekstslide
Antwoord
ze hebben te weinig geld voor deze eindproducten
de rijke landen heffen hoge invoerrechten op deze eindproducten
Slide 9 - Tekstslide
Fair Trade
Je kunt chocolade repen kopen met het keurmerk Fair Trade
Deze producten geven een eerlijke prijs aan de boeren.
Deze producten zijn wel duurder voor ons als consument
Slide 10 - Tekstslide
Fairtrade
Keurmerk dat aangeeft dat boeren voor hun producten een 'eerlijke prijs' ontvangen, d.w.z. de fairtradeprijs ligt iets boven de gewone prijsontwikkeling en garandeert een vaste minimumprijs.