les 3

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

Hoofdstuk 4

In dit hoofdstuk gaat basis bezig met grote getallen en met eenheden. 
Kader gaat bezig met verschillende grafieken en formules.

Leerdoelen

Na deze week weet kader het verschil tussen evenredige en omgekeerd evenredige grafieken. 
Kan basis verhoudingstabellen gebruiken. 

Heeft kader verschillende soorten grafieken getekend.

En heeft basis herhaalt hoe je grote getallen schrijft en uitspreekt

Terug in de tijd

bij t=0 is het 5 juli.

Welke dag hoort er bij t=-1

Welke dag hoort er bij t=-4

t=-10 hoort bij 25 juni

Welke dag hoort er bij t=10?

de formule is V= 13 - 0,4t

Als we voor t invullen -10 dan krijgen we de som

13 - (0,4x-10). = 17. Wat betekent die 17 dan?

trapgrafiek

De huurprijs van een scooter lijkt een beetje op een trapgrafiek.

Hoeveel euro verschil zit er tussen het huren van 2,5uur en 3,5 uur? 

Wat is de sprong de eerste tree en de tweede?

Basis rekenen met oppervlakte

Ieder stapje is dus x 100 of :100

10m​2​​=....dm​2​​

10.000m​2​​=....dam​2​​

5(dm)​2​​=....mm​2​​

50(cm)​2​​=....dm​2​​

Basis rekenen met oppervlakte

Ieder stapje is dus x 100 of :100

Zelf maken

Wat:     basis maakt opdrachten 18-29

              kader maakt opdrachten 27-38

Waar:  basis bladzijde 17         kader bladzijde 211

Hulp:   Leer de gele theorieblokken 

Klaar:  Herhaling maken aan het einde van het hoofdstuk