2.1 Voedingsmiddelen en voedingsstoffen 2.2 Het verteringsstelsel 2.3 De organen voor vertering 2.4 Gezonde voeding 2.5 Voedselbederf 2.6 Voeding/vertering bij zoogdieren
2.7 Nadenken over eten
2.8 Productinformatie
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kan het verschil in tussen de stof zetmeel en glucose benoemen
Je weet wat een onderzoeksvraag en hypothese is
Je kunt een onderzoeksverslag schrijven
Slide 4 - Tekstslide
Zetmeel en glucose
Zetmeel en glucose zijn stoffen die in voedsel zitten
Je lichaam gebruikt ze als brandstof
Zetmeel wordt eerst afgebroken voordat het in het bloed kan worden opgenomen
Glucose kan meteen het bloed in
Slide 5 - Tekstslide
Indicatoren voor zetmeel en glucose
Met een indicator toon je een andere stof aan
Bij zetmeel is de indicator: jodium. Zit er zetmeel in een voedingsmiddel, dan kleurt de indicator paar-zwart
Bij glucose is de indicator: fehlings a en fehlings b. Zit er glucose in het voedingsmiddel, dan kleurt de indicator na verhitting oranje-rood
Slide 6 - Tekstslide
Practicum zetmeel en glucose aantonen
In het practicum ga je zetmeel en glucose in voedingsmiddelen aantonen
Dit doe je in tweetallen
Van dit practicum maak je (individueel) een practicum verslag via de regels van een onderzoeksverslag
Slide 7 - Tekstslide
Het onderzoeksverslag
Begint met een titel passend bij het practicum
Inleiding: wat is de reden voor deze proefjes? Wat weet je al over zetmeel en glucose? Fotosynthese?
De onderzoeksvraag of probleemstelling. (is een vraag)
De hypothese (verwachting) Ik verwacht dat als….er….dan….
Het experiment (zie stencil)
De resultaten (tabel, zie stencil)
Conclusie: je kijkt terug naar je resultaten en concludeert of je hypothese klopt
Slide 8 - Tekstslide
Hypothese
Een hypothese (verwachting) beschrijft een verwachting. Dus je beschrijft, wat er volgens jou gaat gebeuren als je de proef uitvoert.
Let op; Een hypothese geeft geen antwoord!
Ik verwacht dat als….er….dan….
Ik verwacht dat.... als ik de vaatwasser niet uitruim, dan wordt mijn moeder boos
Slide 9 - Tekstslide
Onderzoeksvraag of probleemstelling
Een onderzoeksvraag beschrijft wat je wilt onderzoeken. Je beschrijft waarom je het onderzoek doet, dit is een vraag.
Bijvoorbeeld: Neemt fotosynthese bij planten toe bij een grotere hoeveelheid licht?