Grammar Units 3 + 4

Grammar Units 3 + 4

Unit 3 (Grammar) + Unit 4
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Grammar Units 3 + 4

Unit 3 (Grammar) + Unit 4

Slide 1 - Tekstslide

Are you ready? :)

Slide 2 - Tekstslide

Present continuous (voluit):
Andy ______ (work) in the garden.

Slide 3 - Open vraag

Present continuous:
I ______(wait) in the car now.

Slide 4 - Open vraag

Vertaal (voluit, present cont.):
Jij bent niet aan het spelen.

Slide 5 - Open vraag

Vertaal (voluit, pres. cont.):
Zijn zij aan het denken?

Slide 6 - Open vraag

Question tags!
We are playing a quiz, ______?

Slide 7 - Open vraag

Question tags!
Peter can't sing, ______?

Slide 8 - Open vraag

Question tags!
She's not mad, ______?

Slide 9 - Open vraag

Do you like _____ card over here?
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 10 - Quizvraag

Or do you prefer _____ one over there?
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 11 - Quizvraag

______ birds in the sky are so beautiful!
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 12 - Quizvraag

Do you have _____ idea about what happened?
A
some
B
any

Slide 13 - Quizvraag

We didn't have _____ milk left.
A
some
B
any

Slide 14 - Quizvraag

So, I went to the store and bought _______ milk.
A
some
B
any

Slide 15 - Quizvraag

This bag is very old. I need a new ____.
A
one
B
ones

Slide 16 - Quizvraag

The new smartphones are much faster than the old ______.
A
one
B
ones

Slide 17 - Quizvraag

If you buy two shirts, you get the third _____ for free!
A
one
B
ones

Slide 18 - Quizvraag

There is too _____ water in the bath tub.
A
much
B
many

Slide 19 - Quizvraag

How _____ brothers and sisters has Anne got?
A
much
B
many

Slide 20 - Quizvraag

How ____ people were at the party?
A
much
B
many

Slide 21 - Quizvraag

I put too _____ salt in my soup...
A
much
B
many

Slide 22 - Quizvraag

You can't have any chocolate! It's all _____ !

Slide 23 - Open vraag

She has broken _____ leg.

Slide 24 - Open vraag

I gave them my number, they gave me ______.

Slide 25 - Open vraag

My pencil is broken, can I borrow _____?

Slide 26 - Open vraag

Present Simple, vul het juiste werkwoord in:
I _______ him.
A
likes
B
like
C
liked
D
am liking

Slide 27 - Quizvraag

Present Simple, vul het juiste werkwoord in:
James _____ the ball.
A
catches
B
catch
C
catchs
D
is catching

Slide 28 - Quizvraag

Present Simple, VRAAG of Peter van honden houdt.

Slide 29 - Open vraag

Present Simple, vertaal:
Ik houd niet van honden. (voluit)

Slide 30 - Open vraag

Vertaal:
Ik kan vandaag niet komen. (voluit)

Slide 31 - Open vraag

Vertaal:
Ik zou morgen kunnen komen.

Slide 32 - Open vraag

Sleep de woorden in de juiste volgorde.
.
I
walk
often
in the morning
the dog

Slide 33 - Sleepvraag

Sleep de woorden in de juiste volgorde.
.
We
never
are
for school
late

Slide 34 - Sleepvraag

THE END!
Is er iets dat je moeilijk vond, of waar je graag hulp bij zou willen? Laat het me weten! :)

Slide 35 - Open vraag