Bij monopolistische concurrentie is er sprake van een heterogeen goed.
A
Juist
B
Onjuist
1 / 28
volgende
Slide 1: Quizvraag
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Bij monopolistische concurrentie is er sprake van een heterogeen goed.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 1 - Quizvraag
Bij monopolistische concurrentie is productdifferentiatie geheel afwezig.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 2 - Quizvraag
Bij monopolistische concurrentie zijn er veel aanbieders.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 3 - Quizvraag
Lesdoelen
Aan het einde van de les ken je de marktvorm monopolistische concurrentie, en weet je hoe een monopolie werkt en hoe de prijs op deze markt tot stand komt.
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Bij welke marktvorm(en) zijn er veel aanbieders?
A
Oligopolie en Monopolie
B
Volkomen concurrentie en Oligopolie
C
Monopolie en Monopolistische concurrentie
D
Volkomen concurrentie en Monopolistische concurrentie
Slide 11 - Quizvraag
Wat voor een marktvorm vormen de terrasjes in Maastricht?
A
volkomen concurrentie
B
monopolie
C
oligopolie
D
monopolistische concurrentie
Slide 12 - Quizvraag
welke marktvorm?
A
Volledige mededinging
B
monopolistische concurrentie
C
oligopolie
D
monopolie
Slide 13 - Quizvraag
Een monopolie heeft een makkelijke toetreding.
A
waar
B
niet waar
Slide 14 - Quizvraag
Winst is maximaal bij
A
C
B
D
C
E
D
F
Slide 15 - Quizvraag
Als op een markt sprake is van volkomen concurrentie ipv een monopolie, zou de prijs lager/hoger zijn en het totale marktsurplus hoger/lager zijn.
A
lager/lager
B
lager/hoger
C
hoger/lager
D
hoger/hoger
Slide 16 - Quizvraag
De winst is maximaal bij p
A
1 euro
B
4 euro
C
3 euro
D
2 euro
Slide 17 - Quizvraag
De prijs bij maximale winst
A
4 euro
B
0 euro
C
3,5 euro
D
1 euro
Slide 18 - Quizvraag
Welke prijs komt tot stand als de monopolist naar maximale winst streeft?
A
0
B
25
C
50
D
75
Slide 19 - Quizvraag
Welke oppervlakte(s) geeft/geven de totale winst aan als de monopolist naar maximale winst streeft?
A
ABC
B
AB
C
BC
D
C
Slide 20 - Quizvraag
Welke oppervlakte(s) geeft/geven de totale kosten aan als de monopolist naar maximale winst streeft?
A
ABC
B
AB
C
BC
D
C
Slide 21 - Quizvraag
Welke oppervlakte(s) geeft/geven de totale omzet aan als de monopolist naar maximale winst streeft?
A
ABC
B
AB
C
BC
D
C
Slide 22 - Quizvraag
Lesdoelen
Aan het einde van de les ken je de marktvorm monopolistische concurrentie, en weet je hoe een monopolie werkt en hoe de prijs op deze markt tot stand komt.
Slide 23 - Tekstslide
In welke mate zijn de lesdoelen behaalt?
Slide 24 - Poll
Zijn er nog vragen en/of onduidelijkheden?
Slide 25 - Open vraag
Huiswerk
Digitaal maken module 3 hoofdstuk 2 vraag 11 t/m 22