Oefen SO Unit 5 lessons 1 & 2

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Vertaal in het Engels:

zeggen

Vertaal in het Engels:

geroosterd

Vertaal in het Engels:

feest

Vertaal in het Engels:

mengen

Vertaal in het Engels:

ruiken

Vertaal in het Engels:

verrassing

Vertaal in het Nederlands:

recipe

Vertaal in het Nederlands:

disgusting

Vertaal in het Nederlands:

wrong

Vertaal in het Nederlands:

taste

Vertaal in het Nederlands:

call

Vertaal in het Nederlands:

add

Vertaal in het Engels:

Ben je vrijdag of zaterdag vrij?

Vertaal in het Engels:

Ik zal er zijn!

Vertaal in het Engels:

Je kunt op mij rekenen.

Vertaal in het Engels:

Wij kunnen de cadeautjes kopen.

Vertaal in het Engels:

Gary is dit weekend jarig.

Schrijf op wat een persoon wel of niet moet doen:

Wees stil!

Schrijf op wat een persoon wel of niet moet doen:

Niet rennen.

Schrijf op wat een persoon wel of niet moet doen:

Vraag het aan Nora.

Schrijf op wat een persoon wel of niet moet doen:

Eet geen vlees.

Welk antwoord is juist?

I ... the guitar every Friday.

1. play
2. plays

Welk antwoord is juist?

My sister ... great photos.

1. take
2. takes

Welk antwoord is juist?

My sister and I ... dogs.

1. love
2. loves

Welk antwoord is juist?

Danny ... long emails to his girlfriend.

1. send
2. sends

Welk antwoord is juist?

He ... his skateboard very much.

1. like
2. likes

Welk antwoord is juist?

My dog Fluffy never ... away.

1. run
2. runs

Welk antwoord is juist?

Lisa and Tom never ... anything on the internet.

1. buy
2. buys

Welk antwoord is juist?

The pink guitar ... new.

1. look
2. looks

Welk antwoord is juist?

My boyfriend ... buy books on the internet.

1. don’t
2. doesn’t

Welk antwoord is juist?

My dog ... know all my friends.

1. don’t
2. doesn’t

Welk antwoord is juist?

Your shoes ... look very expensive.

1. don’t
2. doesn’t

Welk antwoord is juist?

This sandwich ... smell great.

1. don’t
2. doesn’t

Welk antwoord is juist?

My parents ... run together.

1. don’t
2. doesn’t

Welk antwoord is juist?

I ... phone my mum after school.

1. don’t
2. doesn’t

Welk antwoord is juist?

My new dress ... fit me perfectly.

1. don’t
2. doesn’t

Welk antwoord is juist?

We ... walk to school every day.

1. don’t
2. doesn’t