Oefenen spellingtoets

Oefenen voor de spellingtoets
Deze les gaan we eerst klassikaal oefenen voor de spellingstoets. 


Daarna ga je zelf aan de slag.
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Oefenen voor de spellingtoets
Deze les gaan we eerst klassikaal oefenen voor de spellingstoets. 


Daarna ga je zelf aan de slag.

Slide 1 - Tekstslide

Maak de volgende zin vragend:
Wij gaan naar huis.

Slide 2 - Open vraag

Maak de volgende zin vragend:
Je rijdt in jouw auto.

Slide 3 - Open vraag

Welke zin is correct?
A
Jij bent stout.
B
Jij bent staut.

Slide 4 - Quizvraag

Zet de volgende zin in de verleden tijd:
'Jullie zitten op een paard.'

Slide 5 - Open vraag

Was er sprake van klankverandering bij het werkwoord ZITTEN in de VT?
(vorige zin)
A
ja
B
nee

Slide 6 - Quizvraag

Zet de volgende zin in de verleden tijd:
'Ik doe helemaal niks.'

Slide 7 - Open vraag

Welk woord is correct gespeld?
A
Autoo's
B
Autoos
C
Ootoos
D
Auto's

Slide 8 - Quizvraag

Zet de volgende zin in de verleden tijd:
'Ik verhuis naar Rotterdam.'

Slide 9 - Open vraag

Welke zin is correct?
A
Ik hou van jou.
B
Ik haut van jou.
C
Ik hou van jau.
D
Ik hou jou.

Slide 10 - Quizvraag

Welke zin in correct?
A
Het is kaut.
B
Het is koud.

Slide 11 - Quizvraag

Verandert de klank van het werkwoord 'LOPEN' in de verleden tijd?
A
Nee
B
Ja

Slide 12 - Quizvraag

Verandert de klank van het werkwoord 'RENNEN' in de verleden tijd?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quizvraag

Voeg een tijdstip toe:
De jongen neemt .......... zijn laptop mee.

Slide 14 - Open vraag

Voeg een locatie toe:
De scheidsrechter heeft .......... een rode kaart getrokken.

Slide 15 - Open vraag

De scheidsrechter heeft op het veld een rode kaart getrokken.
Wat voor werkwoord is 'getrokken'?
A
pv
B
heel werkwoord
C
half werkwoord
D
voltooid deelwoord

Slide 16 - Quizvraag

De scheidsrechter heeft op het veld een rode kaart getrokken.
Wat voor werkwoord is 'heeft'?
A
half werkwoord
B
heel werkwoord
C
pv
D
voltooid deelwoord

Slide 17 - Quizvraag

Nu gaan jullie zelf oefenen.
Spelling Blok 3 & 4 zelfstandig oefenen.


Slide 18 - Tekstslide

Aankomende donderdag TOETS.

Spelling Blok 3 & 4.
Hebben jullie nog vragen?
Vergeet je pen/potlood niet!



Slide 19 - Tekstslide