Bijwoordelijke bepaling (bwb)
Wij spelen een voetbalspel.
1 Breid bovenstaande zin uit met een antwoord op wanneer.
2 Breid bovenstaande zin uit met een antwoord op waar.
3 Breid bovenstaande zin uit met een antwoord op hoe.
4 Breid bovenstaande zin uit met een antwoord op waarmee.