Bs 5 Genexpressie

Thema 2. DNA 




Benodigheden
- Boek & Binas
- Schrift
- Pen, potlood, etc
- Rekenmachine

Cijfer
- NEE


Lessonup
- JA
Tassen in
de tassenkast
Telefoons op de hoek van de tafel
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
biologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 2. DNA 




Benodigheden
- Boek & Binas
- Schrift
- Pen, potlood, etc
- Rekenmachine

Cijfer
- NEE


Lessonup
- JA
Tassen in
de tassenkast
Telefoons op de hoek van de tafel

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen: 'wat ik ga leren'
Ik kan... 
    • uitleggen wat het verschil is tussen genexpressie en genregulatie 
    • beschrijven de verschillende manieren van genregulatie bij prokaryoten



    nieuwe begrippen:
    genregulatie - genexpressie - regulatorgenen
    promotor-operator-inductor-repressor-   co-repressor
      deze les  

      Slide 2 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      genregulatie en genexpressie
      genregulatie: het aan/uitzetten van een gen
      genexpressie: 
                            - als gen 'aan': transcriptie en translatie treden op
                            - hangt af van milieufactoren (pr+eu) en celfunctie (eu) 
                            - rol van regulatorgenen: coderen voor een repressor (=silencer)/activator (pr)    
                               of transcriptiefactoren (eu) 

      Slide 3 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Slide 4 - Video

      Deze slide heeft geen instructies

      operon = deel van DNA dat alle genen bevat die de vorming van een eiwit reguleren (promotor + operator + z, y en a) 

      inductor: vaak substraat
      co-repressor: vaak reactieproduct

      genexpressie 
                   prokaryoten 
      Regulatoren: codeert voor repressor (silencer) of activator!

      Slide 5 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Slide 6 - Tekstslide

      leg nog eens uit aan de klasgenoot naast je
      stel dat er genoeg tryptofaan is, hoe stopt de aanmaak dan? 
      hoe noem je de rol van tryptofaan? 

      Slide 7 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      huiswerk
      leer genregulatie bij eukaryoten tot en met apoptose (maak eerst een samenvatting) 
      maak opdracht 28 en 29

      Slide 8 - Tekstslide

      Deze slide heeft geen instructies

      Leerdoelen: 'wat ik ga leren'
      Ik kan... 
        • beschrijven de verschillende manieren van genregulatie bij eukaryoten



        nieuwe begrippen:
        genregulatie - genexpressie - regulatorgenen - enhancers - activatoreiwit - repressoreiwit - silencer - RNAi - histonmodificatie - 
          deze les  

          Slide 9 - Tekstslide

          Deze slide heeft geen instructies

          Slide 10 - Video

          Deze slide heeft geen instructies

          genregulatie eukaryoten 
          regulatorgenen coderen voor transcriptiefactoren 
          • transcriptiefactoren:  binden aan (repressor bindt aan) silencers of (activator bindt aan) enhancers (afb. 56, BiNaS 71F)
          • transcriptiefactoren bepalen genexpressie eigen of naburige cel 
          --> embryonale cellen: bepalen differentiatie van eigen/naburige cel (zie afb. 53)
          --> adulte cellen: bepalen aan/uit genexpressie van eigen/naburige cel 

          stamcellen = ongespecialiseerde cellen 
                          omnipotent (embryonaal) 
                          pluripotent (embryonaal) 
                          multipotent (adult) 
          stamcellen kunnen blijven delen doordat telomerase  de telomeren weer op lengte maakt  (afb. 51) 


          Slide 11 - Tekstslide

          vragen;
          waardoor een chromosoom steeds korter?
          (complementaire streng kan geen DNA meer binden op de plek waar de primer heeft gezeten)
          leg afb. 51 aan elkaar uit
          - telomerase bindt aan streng met 3' uiteinde, waardoor deze langer wordt, schuift dan op en herhaalt dit en waardoor deze nog langer wordt. 
          - DNA polymerase bindt nu aan de primer van de telomerase en gaat nu de complementaire streng aanvullen. 
          andere vormen genregulatie

            Op chromatineniveau: 
            • methylering of histonmodificatie (bv acetylering) (zie BiNaS 70A)

            Via RNA-processing 
            • splicing : in celkern, na transcriptie, verwijderen introns uit pre-mRNA (afb. 30 & 32, BiNaS 71H)
            • RNA-i : in cytoplasma, translatie voorkomen (afb. 57)

            Slide 12 - Tekstslide

            Deze slide heeft geen instructies

            Slide 13 - Video

            Deze slide heeft geen instructies

            huiswerk
            leer bs 5
            mk t/m opdracht 30 t/m 34, 35 en 36

            Slide 14 - Tekstslide

            Deze slide heeft geen instructies