M&S 2de jaar hoofdstuk 4 2 Een gezinsbudget

Mens & samenleving
les 21 februari 2022
1 / 63
volgende
Slide 1: Tekstslide
Maatschappelijke vormingSecundair onderwijs

In deze les zitten 63 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Mens & samenleving
les 21 februari 2022

Slide 1 - Tekstslide

Op welke manieren kan
een familie geld verdienen?

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Tekstslide

Op welke manieren kan
een familie geld uitgeven?

Slide 4 - Woordweb

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Welk inkomen krijgt een arbeider?

Slide 7 - Open vraag

Welk inkomen krijgt een bediende?

Slide 8 - Open vraag

Welk inkomen krijgt een zelfstandige?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Welke uitkeringen kan je
van de RSZ krijgen?

Slide 11 - Woordweb

Slide 12 - Tekstslide

Hoe noemt de opbrengst
van je spaarrekening?

Slide 13 - Woordweb

Welke investeringen kan je
doen als gezin?

Slide 14 - Woordweb

Slide 15 - Tekstslide

Ken je nog andere soorten inkomsten
voor een gezin die horen onder "toevallig inkomen"?

Slide 16 - Woordweb

Slide 17 - Tekstslide

Inkomen uit arbeid, RSZ, investering
of toevallig inkomen?

Slide 18 - Tekstslide

1. Oogsttijd
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit RSZ (sociale zekerheid)
C
inkomen uit investering
D
toevallig inkomen

Slide 19 - Quizvraag

2. Pensioenhervorming
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit RSZ (sociale zekerheid)
C
inkomen uit investering
D
toevallig inkomen

Slide 20 - Quizvraag

3. EuroMillions
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit RSZ (sociale zekerheid)
C
inkomen uit investering
D
toevallig inkomen

Slide 21 - Quizvraag

4. Bedienden trouw aan hun job
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit RSZ (sociale zekerheid)
C
inkomen uit investering
D
toevallig inkomen

Slide 22 - Quizvraag

5. Airbnb
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit RSZ (sociale zekerheid)
C
inkomen uit investering
D
toevallig inkomen

Slide 23 - Quizvraag

6. Walibi
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit RSZ (sociale zekerheid)
C
inkomen uit investering
D
toevallig inkomen

Slide 24 - Quizvraag

7. Winterkoopjes
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit RSZ (sociale zekerheid)
C
inkomen uit investering
D
toevallig inkomen

Slide 25 - Quizvraag

8. Ziekte of ongeval
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit RSZ (sociale zekerheid)
C
inkomen uit investering
D
toevallig inkomen

Slide 26 - Quizvraag

9. Carrefour
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit RSZ (sociale zekerheid)
C
inkomen uit investering
D
toevallig inkomen

Slide 27 - Quizvraag

10. bitcoin
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit RSZ (sociale zekerheid)
C
inkomen uit investering
D
toevallig inkomen

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Link

11. uitkering zelfstandigen
A
inkomen uit arbeid
B
inkomen uit RSZ (sociale zekerheid)
C
inkomen uit investering
D
toevallig inkomen

Slide 32 - Quizvraag

3. Waar wordt het gezinsbudget aan gespendeerd? 
timer
3:00

Slide 33 - Tekstslide

a. In 1973 gaven families ... % van hun budget uit aan eten

Slide 34 - Open vraag

a. In 2016 was het ...
A
minder
B
meer

Slide 35 - Quizvraag

a. namelijk ... %

Slide 36 - Open vraag

a. Eten wordt ... belangrijker in een gezinsbudget
A
wel
B
niet

Slide 37 - Quizvraag

b. In 1973 spendeerden families het grootste deel van hun budget aan ...

Slide 38 - Open vraag

b. In 2016 was ... de grootste kost in het gezinsbudget.

Slide 39 - Open vraag

c. Op restaurant gaan of iets gaan drinken wordt ... belangrijker.
A
wel
B
niet

Slide 40 - Quizvraag

c. We spenderen ... % van ons gezinsbudget aan horeca.

Slide 41 - Open vraag

c. In 1973 was dat ...
A
minder
B
meer

Slide 42 - Quizvraag

d. Er is ook goed nieuws over de gezondheid: in 2016 spenderen gezinnen ... geld aan ongezonde gewoontes
A
meer
B
minder

Slide 43 - Quizvraag

d. ongezonde gewoontes zoals ...

Slide 44 - Open vraag

e. Kleren worden ... belangrijker in ons gezinsbudget.
A
wel
B
niet

Slide 45 - Quizvraag

e. Dat komt misschien omdat kleren nu ... zijn dan vroeger
A
duurder
B
goedkoper

Slide 46 - Quizvraag

f. Communicatie wordt een ... uitgave in ons gezinsbudget
A
kleine
B
grote

Slide 47 - Quizvraag

f. Kan je enkele goede redenen bedenken?

Slide 48 - Open vraag

Slide 49 - Tekstslide

Hoeveel kost het opvoeden van één kind? (0-21 jaar)

Slide 50 - Woordweb

Slide 51 - Tekstslide

Hoeveel is de gemiddelde minimumkost van kinderen in een Vlaams gezin?

Slide 52 - Open vraag

482 euro

Slide 53 - Tekstslide

Verband tussen kost van een kind en het inkomen van de ouders?

Slide 54 - Open vraag

482 euro
Naarmate het inkomen stijgt, geeft men meer geld uit aan de kinderen. 

Slide 55 - Tekstslide

Lees het volgende artikel. 
Kind opvoeden is even duur als een Ferrari

Slide 56 - Tekstslide

Slide 57 - Tekstslide

Een kind van de wieg naar de unief brengen, kost minstens ... euro

Slide 58 - Open vraag

Wat vind je hiervan?
Schrik je van dit bedrag?

Slide 59 - Open vraag

Slide 60 - Tekstslide

Slide 61 - Tekstslide

Slide 62 - Video

Slide 63 - Tekstslide