1KGT - theme 7 - recap much many en negations with have got

welcome back everyone! 
wb.p.  tb.p. ... 
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 2-4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

welcome back everyone! 
wb.p.  tb.p. ... 

Slide 1 - Tekstslide

Goals
At the end of this lesson

I know much/many, negations with have got and the vocab of theme 7 

Slide 2 - Tekstslide

planning
1. Check homework
2. Practise with grammar
3. check understanding

Slide 3 - Tekstslide

ontkenning - negation
Bij een ontkenning zeg je dat iets niet zo is.
Je gebruikt in het Engels dan meestal het woordje not.
Wist je toch?

Slide 4 - Tekstslide

Summary
Ontkennen maken met 'have got' kan op 3 manieren.

Optie 1.  Er staat 'got' in de zin.                     not voor got.
Optie 2. Er staat alleen have in de zin.      do not voor have.
Optie 3. Er staat alleen has in de zin.        does not voor has EN
                                                                                    verander has in have.


Slide 5 - Tekstslide

Negation with have (got)
Een ontkenning met 'have got' kun je op 3 manieren maken.
Je kijkt dan weer naar wat er in de zin staat.

Optie 1.  Er staat 'got' in de zin.               (zet not voor got)                     
Optie 2. Er staat alleen have in de zin.             (zet do/does not voor have)
Optie 3. Er staat alleen has in de zin.                   


Slide 6 - Tekstslide

Negation with have (got)
Optie 1. Er staat 'got' in de zin.
Zet  'not" voor got

I have got a dog.       - I have not got a dog.
She has got a pen    - She has not got school.


Slide 7 - Tekstslide


They have got hamburgers.

Zet 'not' tussen have/has en got. 

Slide 8 - Open vraag


She has got a poster.

Zet 'not' tussen have/has en got. 

Slide 9 - Open vraag

Negation with have (got)
Er staat alleen have in de zin.
zet dan 'do not' voor have.

I have a dog - I do not have a dog.     (don't)


LET OP GEBRUIK GEEN GOT!



Slide 10 - Tekstslide






They have new shoes.

Zet 'do not' voor have.

Slide 11 - Open vraag






We have a lolly.

Zet 'do not' voor have.

Slide 12 - Open vraag

Negation with have (got)
Optie 3. Er staat alleen has in de zin.                            (he/she/it)
zet does not voor has EN verander has in have.

She has a dog - She does not have a dog. (doesn't)


LET OP GEBRUIK GEEN GOT!




Slide 13 - Tekstslide











She has a dog

Zet 'doesn't' voor has EN verander has in have. 

Slide 14 - Open vraag











He has hot chocolate.

Zet 'doesn't' voor has EN verander has in have. 

Slide 15 - Open vraag

Sleep de juiste 'actie' naar de juiste zin.
Een zin met 'got'
Een zin met alleen have
Een zin met alleen has
Zet not tussen have & got
Zet don't voor have
Zet doesn't voor has & verander has in have

Slide 16 - Sleepvraag

Hoe goed begrijp je de grammatica?
Ik snap het helemaal!
Ik moet nog een beetje oefenen.
Ik moet nog veel oefenen.
Ik heb extra uitleg nodig.

Slide 17 - Poll

Finished!
Well done!


Put your phone away for the next part !

Slide 18 - Tekstslide

Opdrachten
Do exercise 12 and 13  (homework)
(t.b. 109 - w.b. 76)

Finished?
Write words G, translate stone 18 or continue with ex. 20,21,22




timer
1:00

Slide 19 - Tekstslide

Summary
Een ontkenning met 'have got' kun je op 3 manieren maken.
Je kijkt naar wat er in de zin staat.

Optie 1.  Er staat ......    in de zin.                    ......     
Optie 2. Er staat ......  in de zin.                      ....... voor .......
Optie 3. Er staat ......  in de zin.                      .......... voor ........
                                                                                    verander ....... in have.


Slide 20 - Tekstslide

Maak de juiste combinaties. 
I have got a dog.
I have a dog.
She has a dog.
I haven't got a dog.
I don't have a dog.
She doesn't have a dog.

Slide 21 - Sleepvraag

Write an English negation (ontkenning) with have got.

Slide 22 - Open vraag

Homework
Monday
Finish ex. 12/13
Write/learn words G
Learn grammar notes 

Tuesday
Finish ex. 18/19/20
Write/learn words H
Translate/Learn stone 18 part 1 

Slide 23 - Tekstslide