PracticeTest_part 1_pww1

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

All
Every
Each
Meervoudsvormen
Specifieke nadruk op ieder individu
Bij aantallen van 3 of meer
Bij aantallen van 2 of meer
Specifieke nadruk op individuen binnen een groep

Slide 3 - Sleepvraag

Slide 4 - Tekstslide

I gave him ____ the information I had on the subject.
A
all
B
every
C
each

Slide 5 - Quizvraag

Take one in ... hand
A
all
B
every
C
each

Slide 6 - Quizvraag

Grammar: possessive forms 
Used for people and aninals. 
Used for plurals (meervoud).
Used for things and places.
's
of
'

Slide 7 - Sleepvraag

Slide 8 - Tekstslide

Grammar: Match the words with the correct possessive form.
'
of
's
cat
Giraffes
door
name
kids
guinea pig
city

Slide 9 - Sleepvraag

Wat is de juiste possessive? ('s, ', of)

This is the ________ (boy – bike)
A
boy’s bike
B
boy’ bike
C
bike of the boy

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de juiste possessive? ('s, ', of)

________ (England - capital).
A
England's capital
B
England' capital
C
The capital of England

Slide 11 - Quizvraag

Wat is de juiste possessive? ('s, ', of)

________ (Charles – CD player) is new.
A
Charles’s CD player
B
Charles’ CD player
C
The CD player of Charles

Slide 12 - Quizvraag

Wat is de juiste possessive? ('s, ', of)

My ________ (parents – car) was not expensive.
A
parents’s car
B
parents’ car
C
car of my parents

Slide 13 - Quizvraag

When do we use
'used to'?

Slide 14 - Woordweb

Slide 15 - Tekstslide

add used to
?
they / to visit / a museum / once a year / ?

Slide 16 - Open vraag

(+) He used to be a teacher
(?)__________
(-) ___________

Slide 17 - Open vraag

Conjunctions gebruik je om
A
zinnen vragend te maken
B
zinnen samen te voegen
C
zinnen in voltooide tijd te zetten
D
zinnen in verleden tijd te zetten

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

The sun was warm, ___ the wind was a bit too cool.
A
after
B
yet
C
so

Slide 20 - Quizvraag

Choose the correct conjunction.
Keep practising ________ you're ready for the test.
A
because
B
or
C
until

Slide 21 - Quizvraag

Choose the right conjunction:
_________ Harriet had showered, she left for school.
A
before
B
until
C
while
D
after

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide