In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
Welkom
Slide 1 - Tekstslide
Doelen
* Je weet waarom het belangrijk is als schrijver rekening te houden met een tekststructuur.
* Je kent de 5 tekststructuren.
* je weet op welke manier de tekststructuur in de tekst vorm krijgt.
Slide 2 - Tekstslide
Planning
* instructie + oefenen (15 min)
* zelfstandig werken (20 min)
* afronden (5 min)
* zet alvast StudieReader/Starttaal op de achtergrond zodat je snel aan de slag kan na de uitleg.
Slide 3 - Tekstslide
Waarom tekststructuren?
Een tekst is beter te begrijpen als de schrijver een duidelijk plan heeft. Kortom: je boodschap komt beter over!
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Welke tekststructuur past het beste bij het volgende onderwerp? Het Coronavirus in Nederland
A
probleem-en-oplossingstructuur
B
voor- en nadelenstructuur
C
verklaringstructuur
Slide 6 - Quizvraag
Welke tekststructuur past het beste bij het volgende onderwerp? Afstandsonderwijs demotiveert!
A
Probleem-en-oplossingstructuur
B
Verklaringstructuur
C
standpunt- argumentenstructuur
Slide 7 - Quizvraag
Welke tekststructuur hierbij?Contactverbod als maatregel om het Coronavirus de baas te worden
A
probleem-en-oplossingstructuur
B
verklaringsstructuur
C
beschrijving
Slide 8 - Quizvraag
Voorbeeld van een tekst
Lees de tekst eerst helemaal door
Slide 9 - Tekstslide
timer
7:00
Slide 10 - Tekstslide
De inleiding
Probleem, verschijnsel of standpunt?
Slide 11 - Tekstslide
De inleiding; een beschrijving van het probleem of een standpunt?
Slide 12 - Open vraag
timer
5:00
Slide 13 - Tekstslide
De kern: wat is je opgevallen t.a.v. de gebruikte argumenten?
Slide 14 - Open vraag
Het slot: een samenvatting, aanbeveling of een conclusie?
Slide 15 - Tekstslide
Het slot: samenvatting, aanbeveling of een conclusie?
Slide 16 - Open vraag
Dus… welke tekststructuur heeft deze schrijver gebruikt?
A
probleem-en-oplossingstructuur
B
voor- en nadelenstructuur
C
standpunt-argumentenstructuur
Slide 17 - Quizvraag
En hoe schrijf ik nu een goede tekst, gestructureerd, duidelijk, met alinea's, met een goede opbouw e.d.
Slide 18 - Tekstslide
Schrijfplan!
De methode Starttaal (StudieReader) helpt je met de opbouw van een goede tekst. Je houdt rekening met een aantal belangrijke zaken voordat je de uiteindelijke tekst maakt.
Dit doen we niet altijd, maar om ons goed voor te bereiden op het examen Schrijven maken we deze nu wel!
Slide 19 - Tekstslide
Schrijfplan
1: Tekst(schrijf) doel bepalen
2: Doelgroep bepalen (formeel/informeel)
3: Onderwerp bepalen (inleiding)
4: Tekststructuur bepalen (opbouw)
5: Argumenten of deelvragen bepalen (middenstuk)
6: Slot bepalen (wat hoort bij je gekozen structuur)
Slide 20 - Tekstslide
Schrijfplan, veel werk?!?
Misschien vraagt het nu wat meer van je, het helpt je straks een tekst te schrijven. Je bent je meer bewust van de onderdelen waar je op moeten letten..
Je wordt namelijk ook op veel onderdelen beoordeeld, een aantal daarvan zitten al in het schrijfplan verwerkt (doelgroep/doel)
Slide 21 - Tekstslide
Opdrachten:
LET OP, we gaan naar naar thema 2!!
Thema 2 hoofdstuk 4 Schrijven:
Theorie 1 en opdracht 1 maken
Theorie 2: alleen lezen. --> opdracht 2: maken mag wel, hoeft niet!
Theorie 3 lezen en opdracht 3 maken.
Alle opdrachten die je moet maken staan in de leerinhoud! Kijk daar wanneer je het even kwijt bent!
Blijf in deze vergadering, camera en microfoon eventjes uit...