week 4 deel 2 skelet

M13 H1
skelet
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
anatomieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

M13 H1
skelet

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het einde van de les weet je welke botten het bekken, been en de voet bevatten
Weet je welke latijnse namen je voor dit hoofdstuk moet leren.

Slide 2 - Tekstslide

kyfose =
A
kromming met bolle kant naar voren
B
kromming met bolle kant naar achteren
C
zijwaartse kromming

Slide 3 - Quizvraag

noem 2 functies van de wervelkolom

Slide 4 - Open vraag

Hoeveel halswervels hebben we
A
5
B
12
C
7
D
4

Slide 5 - Quizvraag

ander woord voor lendenwervels
A
cervicale wervels
B
sacrale wervels
C
thoracale wervels
D
lumbale wervels

Slide 6 - Quizvraag

noem de 3 botten uit de arm
weet je ook de latijnse naam?

Slide 7 - Open vraag

wat moet je leren (vervolg)
je moet antwoord kunnen geven op de leerdoelen.
deze vindt je op ITSL.
                 Heel H1

Slide 8 - Tekstslide

1.7 botten van  bekken, been en voet
Bekken = onderste deel wervelkolom
Heupbeen:
  • darmbeen
  • zitbeen
  • schaambeen
SI gewricht
Bekkenkanaal

Slide 9 - Tekstslide

Vraag
Uit welke beenderen bestaat de bekkengordel?

Slide 10 - Tekstslide

Vraag
welke botstukken vormen de heupbeenderen en wat is het nut van deze bouw?

Slide 11 - Tekstslide

het grote bekken is bij vrouwen groter als bij mannen
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quizvraag

1.7.2 Been
Bestaat uit:
  • dijbeen (femur)
  • knieschijf (patella)
  • scheenbeen (tibia)
  • kuitbeen (fibula)
Teken het been en beschrijf bij elk onderdeel de bijzonderheden

Slide 13 - Tekstslide

1.7.3. Voet
26 botten:
7 voetwortelbeentjes
  • sprongbeen 
  • -> bovenste spronggewricht --> opwaartse- en neerwaartse beweging
  • -> onderste spronggewricht (hielbeen en os naviculare) --> naar links en rechts kantelen
5 middenvoetsbeentjes
14 teenkootjes

Slide 14 - Tekstslide

uit hoeveel botten bestaat het kniegewricht?
A
2
B
4
C
3
D
5

Slide 15 - Quizvraag

De tibia ligt voor de fibula
A
juist
B
onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Video

zoek de antwoorden op van de volgende context

Slide 18 - Tekstslide

zoek de antwoorden op van de volgende context
(gebruik evt internet)
stopwatch
00:00

Slide 19 - Open vraag

Context

Slide 20 - Tekstslide

Opdracht
Alle latijnse namen bij figuur 1.1.
Alle latijnse namen van de figuren bij hoofd fig 1.5, 1.7 en 1.8 blz 398 -400 en van de  romp 1.9 en 1.10 blz 402 en 404
Wat is Os frontale, os parietale, os occipitale
Wat zijn mandibula en maxilla , Thorax en sternum?
Cervicale, thoracale, lumbale en sacrale wervels, atlas en draaier
Lever in op ITSL


Slide 21 - Tekstslide