2.2 Stromingen in de samenleving


Blz. 58-59
2.2 Stromingen in de samenleving
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les


Blz. 58-59
2.2 Stromingen in de samenleving

Slide 1 - Tekstslide

Openingsfoto
Op het spandoek tijdens een demonstratie voor het invoeren van vrouwenkiesrecht in 1914 staat: 'Algemeen vrouwenkiesrecht in de grondwet'.
  • Waarom lopen deze mensen hier?
  • Wanneer was dit?
  • Heeft de actie zin gehad?
  • Zou jij hebben meegedaan aan deze actie?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe werd het kiesrecht uitgebreid?
  • 1815: Alleen rijke mannen mochten
      stemmen.
  • Vanaf 1848: Steeds meer mannen mogen
      stemmen.
  • 1917: Algemeen kiesrecht voor mannen,
      passief kiesrecht voor vrouwen.
  • 1919: Algemeen kiesrecht voor iedereen.

Parlementaire democratie: het parlement heeft de hoogste macht en wordt door het volk gekozen. 
Blz. 59

Slide 3 - Tekstslide

Afbeelding 1: Rellen op de Alexanderplatz in Berlijn, 1848. Kiesrecht voor rijke mannen.
Afbeelding 2: In 1848 had ongeveer 11% van de mannen kiesrecht. Later werd dit uitgebreid naar 50%, maar nog steeds mochten alleen de rijken stemmen. Deze poster roept mannen op hun handtekening te zetten onder een petitionnement, een verzoek aan de Tweede Kamer. Op de poster luidt een arbeider met opgestroopte mouwen de klok om zijn mening hoorbaar te maken. Op de achtergrond verdrijft de zon de wolken, als teken voor het goeds dat algemeen kiesrecht brengt.
Afbeelding 3: Bekendmaking algemeen kiesrecht in 1917. Hoe hoger de hoed, hoe rijker de man. Vrouwen pas twee jaar later.
Afbeelding 4: Vrouwen kregen in 1917 alleen passief kiesrecht. Dat betekende dat zij zich verkiesbaar mochten stellen, maar zelf niet konden stemmen. Net als de mannen, organiseerden vrouwen zich in verenigingen en hielden zij demonstraties. Deze vrouwen in Friese klederdracht trokken de aandacht voor vrouwenkiesrecht bij een demonstratie in Amsterdam. In 1919 werd de grondwet aangepast en kregen vrouwen ook actief kiesrecht.

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke strijd werd er over het onderwijs gevoerd?
  • 19e eeuw: Veel kinderen niet naar school.
  • De overheid wil dat kinderen wel naar
      school gaan → leerplichtweg (1901) en
      oprichting openbare scholen
  • Emancipatie: het krijgen van gelijke kansen
      en wegwerken van achterstanden.
  • Confessionelen wilden lesgeven in
      godsdienst en richtten eigen scholen op.
  • Politieke partijen werden opgericht met als
      doel financiering van bijzondere scholen.
  • 1917: Nieuwe onderwijswet
Blz. 60

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Blz. 65

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werktijd
 4. Maak de herhaling van 2.1
 1. Lees de leerstof op blz. 59-60
timer
10:00
 2. Maak opdracht 1 t/m 4
 3. Nakijken + verbeteren
Klaar
HW
HW

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Blz. 58-59
2.2 Stromingen in de samenleving

Slide 8 - Tekstslide

Openingsfoto
Op het spandoek tijdens een demonstratie voor het invoeren van vrouwenkiesrecht in 1914 staat: 'Algemeen vrouwenkiesrecht in de grondwet'.
  • Waarom lopen deze mensen hier?
  • Wanneer was dit?
  • Heeft de actie zin gehad?
  • Zou jij hebben meegedaan aan deze actie?
Hoe werd het kiesrecht uitgebreid? Leg uit in 3 stappen.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke strijd werd er over onderwijs gevoerd? Gebruik 'confessionelen' in je antwoord.

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke stromingen streefden naar meer gelijkheid?
Socialisten streefden naar meer gelijkheid voor de arbeiders, ze moesten: emanciperen.

Socialisten wilden de sociale wetten van de liberale politici uitbreiden. Socialisten die de samenleving radicaal wilden veranderen noem je: communisten.

Er ontstonden zo vijf stromingen:
  1. liberalen
  2. conservatieven
  3. confessionelen
  4. socialisten
  5. communisten

Blz. 61

Slide 11 - Tekstslide

Afbeelding: Tekening uit een socialistisch tijdschrift met de tekst: 'Kiesrecht is het wapen van de arbeider'.

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

liberalen
conservatieven
confessionelen
socialisten
communisten
Wij willen meer vrijheid en meer invloed!
Alles moet blijven zoals het is.
Wij staan voor gelijkheid en komen op voor de rechten van de arbeider.
De overheid moet katholiek en protestants onderwijs betalen.
Het verschil tussen arm en rijk kan alleen verdwijnen door een revolutie!

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Van welke stroming is tekening afkomstig? Kies uit: liberalen, conservatieven, confessionelen, socialisten en communisten. Leg je antwoord uit.

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe is de positie van vrouwen veranderd?
Vrouwen werden achtergesteld. Ze:
  • mochten geen hoger onderwijs volgen
  • kregen vaak minder betaald
  • mochten niet stemmen
  • moesten als getrouwde vrouwen vaak toestemming aan
      hun echtgenoot vragen

Rond 1870 verzetten vrouwen zich tegen deze discriminatie, ze wilden emancipatie. Mensen die opkomen voor vrouwenrechten heten: feministen

Er bleef ongelijkheid, ondanks recht op hoger onderwijs en vrouwenkiesrecht.

Blz. 62

Slide 15 - Tekstslide

Afbeelding: Op het spandoek tijdens een demonstratie voor het invoeren van vrouwenkiesrecht in 1914 staat: 'Algemeen vrouwenkiesrecht in de grondwet'.

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Werktijd
4. Maak de herhaling (blz. 64) 
of de verdieping (blz. 65)
 1. Lees de leerstof op blz. 61-62
timer
10:00
 2. Maak opdracht 5 t/m 9
 3. Nakijken + verbeteren
HW
HW
Klaar

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies