Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Regelmatige werkwoorden op -ER en -IR
Los verbos regulares
AR (herhaling)
ER /
IR
1 / 26
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Spaans
MBO
Studiejaar 1
In deze les zitten
26 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
4 videos
.
Lesduur is:
180 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Los verbos regulares
AR (herhaling)
ER /
IR
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Verbos regulares en presente
Slide 5 - Tekstslide
Ejemplos
¿Qué bebes?
Wat drink je?
Bebo un café.
Ik drink een koffie
¿Qué coméis?
Wat eten jullie?
Comemos paella.
We eten paella.
Slide 6 - Tekstslide
Ejemplos
¿Dónde vives?
Waar woon je?
Vivo en la Calle Rosas
. Ik woon in de Calle Rosas
¿Qué escribes?
Wat schrijf je?
Escribo una carta
. Ik schrijf een brief.
Slide 7 - Tekstslide
Werkwoorden op -er
comer
(eten)
beber
(drinken)
aprender
(leren)
comprender
(begrijpen)
vender
(verkopen)
leer
(lezen)
Werkwoorden op -ir
vivir
(wonen, leven)
abrir
(openen)
escribir
(schrijven)
discutir
(discussiëren)
subir
(stijgen, klimmen)
partir
(vertrekken)
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
-AR
-ER
-IR
yo
o
o
tú
es
es
él/ella/usted
a
e
nosotros
vosotros
ellos/ellas/
ustedes
an
en
en
e
o
emos
as
amos
imos
áis
éis
ís
Slide 10 - Sleepvraag
-IR
Ik schrijf:
A
escribo
B
escribes
C
escribe
D
escribimos
Slide 11 - Quizvraag
Carmela y Rodrigo (comprar)_______ una casa en Bilbao.
A
compra
B
compráis
C
compran
D
compras
Slide 12 - Quizvraag
-ER
We eten
A
como
B
comes
C
come
D
comemos
Slide 13 - Quizvraag
[beber] Yo _____ un café con leche.
A
bebo
B
bebes
C
bebe
D
bobe
Slide 14 - Quizvraag
[abrir] Juan _____ la puerta.
A
abro
B
abre
C
abres
D
abren
Slide 15 - Quizvraag
[comer] Lonne y Susanne _____ paella en Salamanca.
A
comemos
B
coméis
C
comes
D
comen
Slide 16 - Quizvraag
[trabajar] Amy y tú _____ en un hotel.
A
trabajas
B
trabajan
C
trabajáis
D
trabajamos
Slide 17 - Quizvraag
[caminar] Sanne y yo _____ por la calle.
A
camino
B
caminamos
C
caminan
D
camináis
Slide 18 - Quizvraag
[estudiar] ¿Tú _____ mucho?
A
estudias
B
estudia
C
estudio
D
estudies
Slide 19 - Quizvraag
[vivir] Maris y Tess ____ en Holanda.
A
vivís
B
vivimos
C
viven
D
vives
Slide 20 - Quizvraag
[escribir] Isabel _____ una carta a Kimberley.
A
escriba
B
escriben
C
escribes
D
escribe
Slide 21 - Quizvraag
[aprender] Los estudiantes _____ español.
A
aprendemos
B
aprenden
C
aprendan
D
aprendéis
Slide 22 - Quizvraag
[leer] ¿Vosotros _____ libros?
Yo no _____ muchos libros.
A
leéis leo
B
leemos leo
C
leeréis leo
D
leís leo
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Video
Slide 25 - Video
Slide 26 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
3.2 Herhaling + Regelmatige werkwoorden op -ER en -IR
Februari 2023
- Les met
42 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1
Regelmatige werkwoorden op -AR -ER -IR
Mei 2022
- Les met
38 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1
Regelmatige werkwoorden -ar / -er / -ir
Januari 2023
- Les met
15 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1
UNIDAD 2 EL LUGAR DONDE VIVO - parte 3 INT
Oktober 2021
- Les met
52 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1
Regelmatige werkwoorden -ar / -er / -ir
September 2020
- Les met
14 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1
Regelmatige werkwoorden -ar / -er / -ir
Mei 2020
- Les met
14 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1
Herhaling + Regelmatige werkwoorden op -ER en -IR
November 2022
- Les met
54 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1
verbos + orden
November 2022
- Les met
15 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1