H7 Voor de Rechter
1 / 33
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Geef een betekenis van het begrip kantonrechter.
Slide 3 - Open vraag
Geef een betekenis van het begrip politierechter.
Slide 4 - Open vraag
Stel, je bent veroordeeld door de rechtbank en je bent het niet eens met de straf. Waar kun je dan in hoger beroep?
Slide 5 - Open vraag
Wat is het verschil tussen hoger beroep en cassatie?
Slide 6 - Open vraag
Bedenk een misdrijf dat niet door de meervoudige kamer zal worden behandeld
Slide 7 - Open vraag
Waar voor gebruiken rechters jurisprudentie?
Slide 8 - Open vraag
Wat wordt bedoeld met de tenlastelegging?
Slide 9 - Open vraag
Leg uit waarom de officier van justitie de tenlastelegging voorleest.
Slide 10 - Open vraag
Geef een verklaring waarom de straf op meineed zo hoog is.
Slide 11 - Open vraag
Als iemand voor de rechter bij verstek wordt veroordeeld, wat is er dan aan de hand.
Slide 12 - Open vraag
Leg in eigen woorden uit wat dagvaarding betekent.
Slide 13 - Open vraag
Leg in eigen woorden uit wat juryrechtspraak is.
Slide 14 - Open vraag
Leg in eigen woorden uit wat een advocaat doet.
Slide 15 - Open vraag
Leg uit wat de trias politica is.
Slide 16 - Open vraag
Leg uit wat jurisprudentie in houdt.
Slide 17 - Open vraag
Wat is de taak van de hoge raad?
Slide 18 - Open vraag
Wie behandelt welke zaak? Diefstal van 10 smartphones.
A
Kantonrechter
B
Politierechter
C
Meervoudige Kamer
D
Gerechtshof
Slide 19 - Quizvraag
Wie behandelt welke zaak? Zware mishandeling door drie mensen.
A
Kantonrechter
B
Politierechter
C
Meervoudige Kamer
D
Gerechtshof
Slide 20 - Quizvraag
Wie behandelt welke zaak? Vier keer in een maand te hard rijden.
A
Kantonrechter
B
Politierechter
C
Meervoudige Kamer
D
Gerechtshof
Slide 21 - Quizvraag
Wie behandelt welke zaak? Een veroordeelde van verkrachting gaat in cassatie.
A
Kantonrechter
B
Gerechtshof
C
Meervoudige Kamer
D
Hoge Raad
Slide 22 - Quizvraag
Wie behandelt welke zaak? Een veroordeelde van moord gaat in hoger beroep.
A
Kantonrechter
B
Gerechtshof
C
Meervoudige Kamer
D
Hoge Raad
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Video
Leg in eigen woorden uit wat er gebeurt tijdens: De Opening
Slide 26 - Open vraag
Leg in eigen woorden uit wat er gebeurt tijdens: De aanklacht
Slide 27 - Open vraag
Leg in eigen woorden uit wat er gebeurt tijdens: Verhoor van getuigen
Slide 28 - Open vraag
Leg in eigen woorden uit wat er gebeurt tijdens: Verhoor van verdachte
Slide 29 - Open vraag
Leg in eigen woorden uit wat er gebeurt tijdens: Verhoor van requisitoir
Slide 30 - Open vraag
Leg in eigen woorden uit wat er gebeurt tijdens: Verhoor van pleidooi
Slide 31 - Open vraag
Leg in eigen woorden uit wat er gebeurt tijdens: het laatste woord
Slide 32 - Open vraag
Leg in eigen woorden uit wat er gebeurt tijdens: de uitspraak.
