5.1 Werkwoord en 5.2 persoonsvorm

Lezen
timer
5:00
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, t, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Lezen
timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Cursus 5 Grammatica
§1 Werkwoord en §2 persoonsvorm

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je begrijpt wat grammatica is. 

  • Je weet wat werkwoorden zijn. 
  • Je herkent werkwoorden in een zin.
  • Je vind de persoonsvorm in de zin.

Slide 3 - Tekstslide

Lesprogramma

  1. Voorkennis ophalen
  2. Uitleg nieuwe lesstof
  3. Zelfstandig aan de slag op de Chromebook

  4. Les gezamenlijk afsluiten

Slide 4 - Tekstslide

1. Voorkennis ophalen
  1.  Herhaling vorige les
  2. Uitleg nieuwe lesstof
  3. Zelfstandig aan de slag op de Chromebook
  4. Nabespreken
  5. Les afsluiten

Slide 5 - Tekstslide

Wat is grammatica?

Slide 6 - Tekstslide

Wat is grammatica?
Grammatica gaat over alle regels en afspraken van een taal en het systeem voor het maken van woorden en zinnen. Door allemaal dezelfde taalregels en taalafspraken te volgen zorgen we dat we elkaar goed begrijpen.

Bij het vak Nederlands gaan we kijken naar zinsdelen en woordsoorten. 

Slide 7 - Tekstslide

Wat zijn werkwoorden?

Slide 8 - Tekstslide

Wat zijn werkwoorden?
Iets wat iets of iemand doet of wat iets of iemand overkomt.  
Voorbeeld: dromen, kijken, praten, luisteren.

Slide 9 - Tekstslide

2. Uitleg nieuwe lesstof
  1.  Herhaling vorige les
  2. Uitleg nieuwe lesstof
  3. Zelfstandig aan de slag op de Chromebook
  4. Nabespreken
  5. Les afsluiten

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Elke zin heeft altijd één werkwoord, soms staan er zelfs meerdere werkwoorden in een zin. 

Slide 12 - Tekstslide

Wat is de persoonsvorm?

Slide 13 - Tekstslide

Wat is de persoonsvorm?
De persoonsvorm hoort bij het onderwerp van de zin en past zich ook aan het onderwerp aan. De persoonsvorm is altijd een werkwoord.

Slide 14 - Tekstslide

Hoe vind je de persoonsvorm?

Slide 15 - Tekstslide

Hoe vind je de persoonsvorm?
Vraagproef of tijdproef

Slide 16 - Tekstslide

3. Zelfstandig aan de slag op de Chromebook
  1.  Herhaling vorige les
  2. Uitleg nieuwe lesstof
  3. Zelfstandig aan de slag op de Chromebook
  4. Nabespreken
  5. Les afsluiten

Slide 17 - Tekstslide

tegenwoordige tijd
Iets dat nu, op dit moment, gebeurt of wordt gedaan.
Voorbeeld: Ik ga naar huis. Ik maak mijn huiswerk.
Wat?
Wat gaan we doen?
We gaan oefenen met werkwoorden. We gaan werken aan cursus 5 Grammatica §1 Werkwoord en §2 persoonsvorm.

Cloudwise > Nieuw Nederlands > Cursus 5 Grammatica > §1 Werkwoorden en §2 persoonsvorm.
Hoe?
Hoe gaan we dit aanpakken?
Dat gaan we doen door zelfstandig in stilte te werken. Dit doe je op jouw Chromebook.
Hulp?
Bij wie kun je hulp vragen?
Tijdens het zelfstandig werken kun je op fluistertoon hulp vragen aan je buurman/buurvrouw. 
Komen jullie er samen niet uit? Steek dan je hand op en mevrouw Martens komt helpen.
Tijd?
Hoelang hebben we daar de tijd voor?
Je gaat 15 minuten zelfstandig werken.
Uitkomst?
Wat doen we met de uitkomst?
Tijdens het nabespreken gaan we controleren hoe goed we begrijpen wat werkwoorden en persoonsvormen zijn.
Klaar?
Wat mag je doen als je klaar bent?

Optie 1: Je gaat aan de diatoets werken.
Optie 2: Je gaat aan je spreekbeurt werken.
Optie 3: Je gaat cursus 2 media (van Nieuw Nederlands) op jouw chromebook volgen.

Slide 18 - Tekstslide

4. Nabespreken
  1.  Herhaling vorige les
  2. Uitleg nieuwe lesstof
  3. Zelfstandig aan de slag op de Chromebook
  4. Nabespreken
  5. Les afsluiten

Slide 19 - Tekstslide

Wat heb ik vandaag geleerd?

Slide 20 - Tekstslide

Wat zijn werkwoorden?

Slide 21 - Tekstslide

Wat is grammatica?

Slide 22 - Tekstslide

Bedenk een zin met twee werkwoorden.

Wat is de persoonsvorm van die zin?

Slide 23 - Tekstslide

6. Les gezamenlijk afsluiten
  1.  Herhaling vorige les
  2. Uitleg nieuwe lesstof
  3. Zelfstandig aan de slag op de Chromebook
  4. Nabespreken
  5. Les afsluiten

Slide 24 - Tekstslide

Hoe heb ik vandaag meegedaan?

Slide 25 - Tekstslide

Hoe heeft mevrouw Martens het vandaag gedaan?

Slide 26 - Tekstslide

Huiswerk maandag 5 juni
Cursus 5 grammatica 
§1 Werkwoord
§2 Persoonsvorm

Slide 27 - Tekstslide