Woordenschat 3KBL H1, 2 en 3

Wat betekent waarneembaar?
A
Dat je weet waar iets is
B
Dat je iets mee kan nemen
C
Dat je iets ontwikkelt
D
Dat je iets kan zien
1 / 20
volgende
Slide 1: Quizvraag
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Wat betekent waarneembaar?
A
Dat je weet waar iets is
B
Dat je iets mee kan nemen
C
Dat je iets ontwikkelt
D
Dat je iets kan zien

Slide 1 - Quizvraag

Wat betekent accentueren?
A
iets naar buiten laten komen
B
iets op laten vallen
C
met een accent praten
D
iemand van informatie voorzien

Slide 2 - Quizvraag

Welk bekend woord herken je in het woord rotsachtig?

Slide 3 - Open vraag

Wat betekent de uitspraak: als een paal boven water staan?

Slide 4 - Open vraag

Wat betekent: met je neus in de boter vallen?

Slide 5 - Open vraag

In de kinderschoenen staan

Slide 6 - Open vraag

Wat betekent: ergens een stokje voor steken?

Slide 7 - Open vraag

Wat betekent factuur?
A
Rekening
B
Boek
C
Menukaart
D
Inhoud

Slide 8 - Quizvraag

Wat betekent opstrijken?

Slide 9 - Open vraag

Op zijn minst betekent: minimaal of minstens
ja
nee

Slide 10 - Poll

Te allen tijde betekent nooit. Klopt dit?
A
Ja
B
Nee

Slide 11 - Quizvraag

Noteer het tegenovergestelde van: ''Slaan er geen acht op''

Slide 12 - Open vraag

Omschrijf het begrip: ''in de zorg.''

Slide 13 - Open vraag

Wat betekent: ''inzage hebben in''

Slide 14 - Open vraag

Schrijf een ander woord voor: ''de effectiviteit.''

Slide 15 - Open vraag

Wat betekent: grenst aan het onmogelijke?
A
Kan bijna niet
B
Makkelijk te bereiken

Slide 16 - Quizvraag

Wat betekent: ter compensatie
A
Goed kunnen communiceren
B
Om het gelijk te trekken / goed te maken

Slide 17 - Quizvraag

Wat betekent: ''nu breekt mijn klomp.''

Slide 18 - Open vraag

Wat betekent: ''verfraaid?''

Slide 19 - Open vraag

Bedenk een ander woord voor ''de consument.''

Slide 20 - Open vraag