In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Oplosbaarheid
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Soorten oplossingen
- Onverzadigd
- Verzadigd
- Oververzadigd
Slide 3 - Tekstslide
Als de temperatuur van het oplosmiddel wordt verhogd, wat gebeurt er dan met de oplosbaarheid?
Slide 4 - Tekstslide
Een oververzadigde oplossing van zout wordt verwarmd. Kan deze oplossing verzadigd worden?
A
Ja
B
Nee
Slide 5 - Quizvraag
Stelling 1: Een onverzadigde oplossing van een gas kan verzadigd worden als deze wordt verwarmd. Stelling 2: Een onverzadigde oplossing van een vaste stof kan verzadigd worden als deze wordt verwarmd. Welke stelling (en) is/zijn juist?
A
Beide stellingen zijn juist
B
Beide stellingen zijn onjuist
C
Stelling 1 is juist
D
Stelling 2 is juist
Slide 6 - Quizvraag
Oplosbaarheid: Het maximaal aantal grammen van een stof dat je kunt oplossen in 1 kg van een bepaald oplosmiddel (vaak water).
- onverzadigde oplossing: er kan meer worden opgelost
- verzadigde oplossing: er is precies zoveel opgelost als dat er kan
- oververzadigde oplossing: er is teveel toegevoegd dan dat er kan oplossen
Temperatuur van oplosmiddel wordt verhoogd:
- oplosbaarheid van vaste stoffen en vloeistoffen neemt toe
- oplosbaarheid van gassen neemt af
Slide 7 - Tekstslide
Jarno: Een onverzadigde oplossing van een gas kan verzadigd worden als deze wordt verwarmd.
Youri: Een onverzadigde oplossing van een vaste stof kan verzadigd worden als deze wordt verwarmd.
Wie heeft gelijk en waarom?
Slide 8 - Tekstslide
Jarno: Een onverzadigde oplossing van een gas kan verzadigd worden als deze wordt verwarmd. Youri: Een onverzadigde oplossing van een vaste stof kan verzadigd worden als deze wordt verwarmd. Wie heeft gelijk en waarom?
A
Jarno
B
Youri
C
Beide hebben gelijk
D
Niemand heeft gelijk
Slide 9 - Quizvraag
Opdracht
De oplosbaarheid van zout (NaCl) in water bij 298 K, bedraagt 359 g/kg.
Bereken hoeveel gram NaCl kan oplossen in 2000 gram water van 298K?