klas 2: H3 par 123

Klas 2: H3 par 1,2 en 3
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Klas 2: H3 par 1,2 en 3

Slide 1 - Tekstslide

een van de oorzaken van de eerste wereldoorlog was de wapenwedloop.
Leg uit wat de wapenwedloop is

Slide 2 - Open vraag

Een andere oorzaak van de eerste wereldoorlog was het sluiten van bondgenootschappen. Welke landen hoorden er bij de geallieerden?

Slide 3 - Open vraag

Welke landen hoorden er bij de Centralen?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

Wat maakte de eerste wereldoorlog een moderne oorlog?

Slide 6 - Woordweb

Duitsland verloor om twee redenen de oorlog. Welke antwoorden zijn juist?
A
Tekort aan wapens , munitie, voedsel en mannen die konden vechten
B
Rusland viel Duitsland binnen
C
Aan het einde van de oorlog ging Amerika mee doen met goed bewapende soldaten
D
Duitsland kreeg een nieuwe regering die geen oorlog meer wilde

Slide 7 - Quizvraag

Leg de politieke stroming 'communisme' uit.

Slide 8 - Open vraag

Waar werd propaganda voor gebruikt?
A
Reclame van producten
B
Om geld in te zamelen voor het leger
C
Om het koningshuis zwart te maken
D
reclame voor leiders van een politieke partij

Slide 9 - Quizvraag

Wat stond er in het verdrag van Versailles

Slide 10 - Open vraag

Noem twee oorzaken van de economische crisis die eind 1929 ontstond na de beurskrach

Slide 11 - Open vraag

Eerst deed de Amerikaanse overheid niets aan de crisis. Later wel. Wat deden ze om de crisis op te lossen?

Slide 12 - Open vraag

Wie was de grondlegger van het fascisme?
A
Adolf Hitler
B
Joseph Stalin
C
Benito Mussolini
D
Vladimir Fascistov

Slide 13 - Quizvraag

Noem kenmerken van het fascisme

Slide 14 - Open vraag

Wat is het verschil tussen nationaal socialisme (Hitler) en fascisme (Mussolini)?
A
Nationaal socialisme wil een dictator en fascisme niet
B
Nationaal socialisme is voor de rassenleer en jodenhaat en fascisme niet
C
Er zijn geen verschillen

Slide 15 - Quizvraag