Bloedvaten

Maak opdracht
zie op je bureau
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1,4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Maak opdracht
zie op je bureau

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloedvaten
- de functie en de route van de dubbele (grote en kleine) bloedsomloop  uitleggen.
- beschrijven hoe het hart is opgebouwd.
- beschrijven hoe het hart zelf van bloed wordt voorzien.
- de werking en de taak van het bloed, bloedsomloop en afweerstelsel uitleggen en toelichten.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beginnen 
  • Hartwand
  • Samenvatting van het hart

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hartwand
-Hartvlies (endocard) (2) 
(endo/binnen)
-Hartspier (myocard) (3)
-Binnenste hartzakje Epicard (4)
-Hartzakje: (pericard 4 en 6) 
(peri-er om heen)

Slide 4 - Tekstslide

De hartwand is uit verschillende lagen opgebouwd:
We bekijken dit even van binnen naar buiten
Hartvlies (endocard) een dun, glad vlies waarlangs het bloed stroomt. het endocard doet dienst als een gladde binnenbekleding van de hartwand. De hartkleppen zijn te beschouwen als plooien van het endocard en zijn super glad omdat het bloed hier makkelijk langs de wand moet glijden en geen klontjes moet veroorzaken.
Hartspier (myocard) myo = spier card=spier net als cor ook hart betekend
een dikke spierlaag bestaande uit onwillekeurige, maar niettemin dwarsgestreepte spierweefsel, de dikste laag van de hartwand. Het myocard van de linkerkamer/ventrikel is het dikst met het oog op de kracht die ontwikkeld moet worden om het bloed van hieruit naar de aorta, dus het gehele lichaam in te persen. En de rechter kamer/ventrikel moet het bloed alleen naar de longen pompen  onze kleine bloedsomloop. Dat inhoud dat de linker ventrikel naar de rest van het lichaam moet pompen wat de grote bloedsomloop is
Binnenste vh hartzakje Epicard; dit is een dun elastisch laagje dat met het hart is vergroeid. Het vormt het binnenste blad van het dubbelwandige hartzakje
Hartzakje: (pericard) buitenste blad van het hartzakje  Tussen de beide bladen van het hartzakje bevindt zich een smalle ruimte, de pericardholte, die gevuld is met vocht. Het dunne vochtlaagje doet dienst als een soort smeermiddel waardoor het hart vrijwel zonder wrijving kan bewegen. ( beweging is dan de contractie  samenknijpen van het hart.)

6.2 Bouw + werking hart
De hartwand
Deze is opgebouwd uit...

1 dunne laag dekweefsel (endocard)
  • het zorgt voor een gladde binnenkant
  • ook de kleppen en peesjes zijn omgeven door dekweefsel

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6.2 Bouw + werking hart
De hartwand
Deze is opgebouwd uit...

2 spierweefsel (myocard)
  • dikste laag van de hartwand
  • bestaat uit verschillende lagen hartspierweefsel
  • de spieren leveren de pompkracht van het hart

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6.2 Bouw + werking hart
De hartwand
Deze is opgebouwd uit...

3a en 3b het hartzakje (pericard)
  • een dubbelwandig vlies met vocht ertussen
  • het hartzakje biedt hart en omgeving bescherming tijdens de hartslag

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pericard
Endocard
Myocard
De binnenkant van de hartwand
Hartspier
hartzakje om het hart heen.

Slide 8 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bloedvaten
• Lezen paragraaf 2.bloedvaten, 1.1. Bouw en functie van bloedvaten en 2.2. Topografie van de bloedvaten 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het bloedvatenstelsel
  • Slagaders / arteriën / arteriolen
  • Aders / venen / venulen
  • Haarvaten / capillairen
  • Het hart 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wand
De wand van elk bloedvat is in beginsel opgebouwd uit drie lagen. Van binnen naar buiten zijn dat:

tunica intima;
tunica media;
tunica adventitia.


Slide 11 - Tekstslide

Tunica intima
De tunica intima is de binnenste laag die grenst aan de holte (lumen) van het bloedvat. Het is een laagje glad endotheel. Door de gladheid van deze binnenwand kan het bloed er vrijwel wrijvingsloos langs stromen.
Tunica media
De tunica media is de middelste laag. Deze bestaat uit twee componenten, namelijk elastisch bindweefsel en glad spierweefsel. De gladde spieren zorgen voor de verwijding en vernauwing van het bloedvat. Het elastische bindweefsel maakt de vaatwand rekbaar.
Tunica adventitia
Aan de buitenkant zit de tunica adventitia die is opgebouwd uit losmazig bindweefsel. Door deze laag lopen kleine bloedvaatjes, die de bloedvatwand zelf van voedsel en zuurstof voorzien.
Vooral de tunica media kan in dikte en samenstelling variëren, afhankelijk van het soort bloedvat.
Kenmerken arterie
  1. Het bloed stroomt weg van het hart.
  2. Bij iedere hartslag zet het vat even uit (hij klopt).
  3. arteriën liggen meestal diep in het lichaam.
  4. De druk van het bloed is hoog.
  5. De wand is dik.
  6. Het bloed stroomt snel.
  7. Slagaders hebben geen kleppen.
  8. Navelstrengslagader is zuurstofarm.
  9. Het bloed is zuurstofrijk (behalve in de kleine bloedsomloop.
  10. De longslagader is zuurstofarm. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Arteriën (groot)
  • Elastische slagaders (grote slagaders) -> Tunica media veelal elastisch bindweefsel
  • Nodig voor polsgolf (systole / diastole)
  • Hoe dichter bij het hart, hoe meer uittrekkingen en terugveringen




Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Arteriolen (kleiner)
  • Musculeuze / distribuerende slagaders
  • Tunica media veelal glad spierweefsel
  • Vasodilatatie (verwijding) en vasoconstrictie (vernauwing)
  • Lumen kan afgesloten worden voor bloedverdeling




Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cappilairen
  • Functie: uitwisseling van stoffen tussen weefselvocht en bloed
> O2 afgegeven
> CO2 opgenomen

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken van venen
  1. Het bloed stroomt naar het hart toe.
  2. Het vat klopt niet.
  3. Venen liggen meestal aan de oppervlakte.
  4. De druk van het bloed is laag.
  5. Bij een verwonding stroomt het bloed er langzaam uit.
  6. De wand is dun.
  7. Het bloed stroomt langzaam.
  8. Aders hebben kleppen.
  9. De navelstrengader is zuurstofrijk.
  10. Het bloed is zuurstofarm (behalve in de kleine bloedsomloop).
  11. De longader is zuurstofrijk. 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Venulen en venen
  • Vanuit capillairen naar venulen (T. intima en t. media)
  • Venulen sluiten aan op de venen (T. intima, t. media, t. adventitia)
  • Dunnere wand dan slagaders
Groter lumen

Bloedvoorraad 2/3


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke bloedvatwanden zijn doorlaatbaar?
A
De wanden van de arteriën
B
De wanden van de capillairen
C
De wanden van de venen

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Haarvaten
Verbindingssystemen tussen de kleinste slagaders en de kleinste aders

bevinden zich aan de uiteinden van grotere bloedvaten en komen uit in alle organen en weefsels van ons lichaam

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5 mechanismen voor bloedstroom venen:
  1. Kleppen: Bloed één kant op
  2. Spierpomp: Beweging > Spieren trekken samen > aders tussen spieren worden samengeknepen > bloed weggeduwd
  3. Slagaderpomp: Nabijgelegen slagader (vaatzenuwstreng) zet uit bij polsgolf > bloed weggeduwd
4. Adempomp:
Bij inademen: onderdruk in mediastinum waardoor zuigend effect en stijgende druk in buikholte waardoor stuwend effect
5. Hartpomp:
Tijdens kamersystole trekt annuli fibrosi naar beneden, waardoor zuigend effect op aanvoerende aders

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefening topografie bloedvaten
Vul de namen van de bloedvaten in op je stencil
10 minuten

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloedvaten
• Lezen paragraaf 2.bloedvaten, 1.1. Bouw en functie van bloedvaten en 2.2. Topografie van de bloedvaten + verwerkingsopdrachten maken paragraaf bloedvaten: 2,3,5,6,7 en 8

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aorta
  • Aorta ascendens: omhoog lopende deel uit linkerkamer
  • Aortaboog (arcus aortae)
  • Aorta descendens: afdalend achter slokdarm
  • Buikaorta (aorta abdominalis): onder het middenrif 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies