H4 Woordraadstrategie: zoek een tegenstelling

tekstverbanden en signaalwoorden
1 / 13
volgende
Slide 1: Woordweb
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

tekstverbanden en signaalwoorden

Slide 1 - Woordweb

Opdracht
H4 opdr. 2 blz. 103 t/m 105
bespreken in duo's
nakijken > zie nakijkblad
blauwe groep: maak opdr. 3 en lees alvast de tekst die bij opdr. 4 hoort.

Slide 2 - Tekstslide

Doelen van vandaag.
  • Je kan de betekenis van een woord raden met behulp van een tegenstelling;
  • Je kent de betekenis van de woorden van H4 opdracht 1 + 2 

Slide 3 - Tekstslide

Zoek een tegenstelling
De betekenis van een moeilijk woord kun je soms vinden doordat er een tegenstelling van dat woord in de tekst staat. 

Een tegenstelling volgt vaak na een signaalwoord, zoals:
maar, anderzijds, daarentegen, echter, evenwel, hoewel, aan de andere kant, tegenover. 

Slide 4 - Tekstslide

Wat is de betekenis van identiek?
De wiskundetoetsen voor havo en vwo zijn identiek, maar de beoordeling is verschillend.

Slide 5 - Open vraag

Nieuw Nederlands
Ga naar it's learning - Methodes - Nieuw Nederlands 

Maak van H4: zoek een tegenstelling de startopdracht + opdracht 1

Slide 6 - Tekstslide

Wat is de betekenis van de woorden?
Verhuizen naar een ander land
inzetten/gebruiken
toegestaan/van de wet mag het
Het levert iets op
Tijd die nog komen moet
emigreren
inschakelen
legaal
productief
toekomst

Slide 7 - Sleepvraag

Wat is de tegenstelling van het woord:
vertrouwen
A
verwerpen
B
wantrouwen
C
afkeren
D
op iemand rekenen

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de tegenstelling van het woord: ingewikkeld
A
moeilijk
B
afkeuren
C
simpel
D
immigreren

Slide 9 - Quizvraag

Ga naar it's learning - Methodes - Nieuw Nederlands

Maak van H4: zoek een tegenstelling opdracht 2.

Slide 10 - Tekstslide

Vandaag
  • Je kan de betekenis van een woord raden met behulp van een tegenstelling;
  • Je kent de betekenis van de woorden van H4 opdracht 1 + 2 

Slide 11 - Tekstslide

Wat is de betekenis van de woorden?
Nieuw
onjuiste opvatting
deskundige
belangrijk
onbelangrijk
irrelevant
leek
recent
misvatting
essentieel

Slide 12 - Sleepvraag

huiswerk voor volgende week dinsdag
mk. Woordenschat H4  blz. 114, 115 opdr. 1,2 digitaal
mk. Lezen H4 blz. 106, 107 opdr. 4

leren: blz. 84 opdr. 1, 3 +  theorie blz. 12, 42, 72 en 102





Slide 13 - Tekstslide