Methodiek P3 Les 8

Methodiek Periode 3
Les 8
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
MethodiekMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Methodiek Periode 3
Les 8

Slide 1 - Tekstslide

Voordat we beginnen: hoe zit je erbij?
A
B
C
D

Slide 2 - Quizvraag

Vandaag
Herhaling:
  • Observatieplan
  • Observatiemethodes
  • Objectief en subjectief
Aan de slag!

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Beschrijvend observeren
  • Met een observatie verzamel je gegevens die antwoord kunnen geven op je vraag. Als het niet lukt een heldere vraagstelling te maken, start dan met een beschrijvende observatie.
  • Schrijf alles op wat je opvalt.
  • Deze informatie gebruik je voor een vervolgobservatie, voor de formulering van concrete vragen.
  • Ongestructureerde wijze van registreren.

Slide 6 - Tekstslide

Observatieschema
  • Gestructureerde observatiemethode
  • Kant-en-klaar schema of zelf ontwikkelen
  • Snel & gericht werken
  • Positief: stelt vooraf duidelijk vast waar je naar gaat kijken
  • Negatief: veel informatie gaat verloren

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Turfsysteem
  • Gestructureerde observatiemethode
  • Kant-en-klaar schema of zelf ontwikkelen
  • Snel & gericht werken
  • Positief: stelt vooraf duidelijk vast waar je naar gaat kijken
  • Negatief: veel informatie gaat verloren

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Beoordelingsschaal
  • Lijst met gedragingen
  • Met een cijfer geef je aan in hoeverre het van toepassing is
  • Beginsituatie is vast te stellen
  • Je geeft een oordeel over de mate waarin bepaald gedrag voorkomt
  • Beoordeling is subjectief

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Objectief of subjectief?
Kind L. loopt door het lokaal heen, steekt zijn been uit waar kind M. over struikelt.
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 13 - Quizvraag

Objectief of subjectief?
Kind A. was blij dat hij met kind G. mocht samenwerken.
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 14 - Quizvraag

Objectief of subjectief?
Kind B. en kind F. hebben het gezellig met elkaar. Ze praten tijdens de uitleg van de juf.
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 15 - Quizvraag

Objectief of subjectief?
Kind A. gooit de bal naar kind C.
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 16 - Quizvraag

Objectief of subjectief?
Kind L. moet naar de wc.
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 17 - Quizvraag

Examen: hoever zijn jullie?

Slide 18 - Tekstslide

Heb je de vormgeving van het product van het examen af?
A
Ja
B
Nee

Slide 19 - Quizvraag

Ik ben begonnen met de theorie verwerking in het examen.
A
Ja
B
Nee

Slide 20 - Quizvraag

Ik ben begonnen met het schrijven van de observatieplannen.
A
Ja
B
Nee

Slide 21 - Quizvraag

Ik ben begonnen met informatie over het kind in het document te plaatsen.
A
Ja
B
Nee

Slide 22 - Quizvraag

Aan de  slag!
  •  Vul de vragenlijst in.
  • Bekijk de feedback op het observatieplan. Waar nodig, stel je vraag.
  • Ga aan de slag met het examen: theorieverwerking, observatieplannen etc.
  • Werk aan de aftekenlijst.

Slide 23 - Tekstslide

Opdracht aftekenlijst:
Deadline vandaag om 17 uur!

Slide 24 - Tekstslide