TC A2 4.10 persoonlijke voornaamwoorden (niet-onderwerpsvorm)

mij, jou, hem, ....
bij TC A2 thema 4.10
persoonlijke voornaamwoorden van de niet-onderwerpsvorm 




1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2MBOStudiejaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

mij, jou, hem, ....
bij TC A2 thema 4.10
persoonlijke voornaamwoorden van de niet-onderwerpsvorm 




Slide 1 - Tekstslide

4.10 Tim helpt mij. - Hij koopt een boek voor mij.

Slide 2 - Tekstslide

Welke zin is goed?
A
Ik groet zij op straat.
B
Ik groet haar op straat.

Slide 3 - Quizvraag

Welke zin is goed?
A
Ali gaat bij jullie op bezoek.
B
Ali gaat bij jij op bezoek.

Slide 4 - Quizvraag


A
Hen doen de boodschappen.
B
Ze doen de boodschappen.

Slide 5 - Quizvraag


A
Ons sporten elke woensdag.
B
Wij sporten elke woensdag.

Slide 6 - Quizvraag


A
Mijn moeder helpt ik.
B
Mijn moeder helpt me.

Slide 7 - Quizvraag


A
Yusuf houdt van haar.
B
Yusuf houdt van zij.

Slide 8 - Quizvraag


A
Hoe gaat het met hem?
B
Hoe gaat het met hij?

Slide 9 - Quizvraag


A
Jij krijgt een cadeau.
B
Jou krijgt een cadeau.

Slide 10 - Quizvraag


A
Koen belt zij elke dag.
B
Koen belt ze elke dag.

Slide 11 - Quizvraag


A
Mij heb de trein gemist.
B
Ik heb de trein gemist.

Slide 12 - Quizvraag


A
Nina hoort ons praten.
B
Nina hoort wij praten.

Slide 13 - Quizvraag


A
Wij kennen hem niet zo goed.
B
Wij kennen hij niet zo goed.

Slide 14 - Quizvraag

schrijf de goede vorm
voorbeeld:
Hoe heb je ...... (Tim) ontmoet?

antwoord: 
Hoe heb je hem ontmoet?

Typ het woord dat op de puntjes hoort.

Slide 15 - Tekstslide

Mijn vrouw belt .... (ik) soms als ik werk.

Slide 16 - Open vraag

Ik zie .... (mijn tante) niet vaak.

Slide 17 - Open vraag

De buren geven .... (wij) een cadeau.

Slide 18 - Open vraag

Alex mist .... (opa en oma)

Slide 19 - Open vraag

De collega's mailen .... (Hans)

Slide 20 - Open vraag

Mevrouw Beek groet ..... (jullie)

Slide 21 - Open vraag

Eva roept .... (de kinderen)

Slide 22 - Open vraag

Ken je Omar al lang?
Ja, ik ken .... al lang.

Slide 23 - Open vraag

Werkt Tim graag met Nina?
Ja, hij werkt graag met ....

Slide 24 - Open vraag

Ken je Koen en Sanne al lang?
Ja, ik ken ..... al lang.

Slide 25 - Open vraag

Goed geoefend!

Slide 26 - Tekstslide