2.2 Organen van planten

Thema 2 Organen en cellen
2.2 Organen van planten
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 2 Organen en cellen
2.2 Organen van planten

Slide 1 - Tekstslide

Hoe heet het organenstelsel dat bloed vervoert?

Slide 2 - Open vraag

Hoe heet het organenstelsel dat voedsel verteerd?

Slide 3 - Open vraag

Hoe heet het organenstelsel waarmee je ademhaalt?

Slide 4 - Open vraag

Welk orgaan zorgt voor de opname van zuurstof in je lichaam?
A
Hart
B
Dunne darm
C
Lever
D
Long

Slide 5 - Quizvraag

leerdoelen vandaag (2.2)
Aan het einde van de les:
- kan je de organen van planten beschrijven

Slide 6 - Tekstslide

2.2 Organen van planten
Een orgaan is een deel van een organisme met een eigen taak.

Ook planten hebben organen.

Slide 7 - Tekstslide

2.2 Organen van planten
De organen van planten zijn:
- bloem
- blad
- stengel
- wortel

Slide 8 - Tekstslide

2.2 Organen van planten
De wortels van een plant groeien in de grond.
De wortels van een plant samen noem je het wortelstelsel.

De meeste planten hebben een hoofdwortel met een zijwortel.
Aan het uiteinde van de zijwortels zitten wortelharen.




Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

2.2 Organen van planten
Veel planten slaan reservevoedsel op in hun wortels.

Bijvoorbeeld een paardenbloem.
In de winter heeft een paardenbloem geen bloemen en bladeren. Maar onder de grond leeft de wortel nog.
In de lente kan uit de wortel weer een nieuwe plant groeien. De plant gebruikt daarvoor het reservevoedsel uit de wortel.


Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

2.2 Organen van planten
De wortels van een plant hebben 3 taken:
- water met voedingsstoffen opnemen (wortelharen)
- reservevoedsel opslaan (hoofdwortel)
- de plant stevig vastzetten in de grond (zijwortels)

Slide 13 - Tekstslide

bladeren
De taak van bladeren is voedsel maken voor de plant (fotosynthese).

Voor fotosynthese is licht nodig.

Slide 14 - Tekstslide

stengels
De stengels zitten tussen de bladeren en de wortels.

Stengels hebben 2 taken:
- dragen de bladeren en bloemen
- vervoeren van water en voedingsstoffen


Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

2.2 Vervoer
Door een stengel lopen lange, dunne buisjes. 
Deze buisjes heten vaten.

Vaak liggen de vaten in groepjes bij elkaar.
Een groepje vaten heten een vaatbundel.

De vaten lopen door de hele plant: van de wortels via de stengel naar de bladeren.

Slide 17 - Tekstslide

Het wortelstelsel bestaat uit de wortelharen.
A
Ja
B
Nee

Slide 18 - Quizvraag

De hoofdwortel zet de plant vast in de grond.
A
Ja
B
Nee

Slide 19 - Quizvraag

De wortelharen nemen water met voedingsstoffen op.
A
Ja
B
Nee

Slide 20 - Quizvraag

De reservestoffen worden opgeslagen in de zijwortels.
A
Ja
B
Nee

Slide 21 - Quizvraag

Stengels zorgen voor het transport van stoffen.
A
Ja
B
Nee

Slide 22 - Quizvraag

Bladmoes
Bladschijf
Bladsteel
Hoofdnerf
Zijnerf

Slide 23 - Sleepvraag

Aan de slag 
Leerdoel: 
Aan het einde van de les kan je de organen van planten beschrijven.

2.2 Organen van planten
- Maak opdracht 1 tm 10
- Maak de werkbladen
- Maak Test jezelf.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide