Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3,4
In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Oefentoets
MACT blok 5 en 6
Slide 1 - Tekstslide
Wat is het doel van het bezoek aan een dierentuin?
A
sociaal
B
recreatief
C
educatief
D
sportief
Slide 2 - Quizvraag
Een rollenspel is: Een toneelstukje over een situatie waarmee je in je werk of in je dagelijkse leven te maken kunt krijgen.
A
waar
B
niet waar
Slide 3 - Quizvraag
Sportteams bestaan vaak uit heterogene groepen. Kunnen heterogene groepen ook horizontale groepen vormen?
A
Ja, als de teamleden even oud zijn.
B
Ja, als de teamleden verschillende leeftijden hebben.
C
Nee, gemengde teams zijn altijd verticale teams
Slide 4 - Quizvraag
Je geeft leiding aan enkele klasgenoten bij het schoonmaken van voedsel. Jij moet erop toezien dat ze de basisregels hygiënisch werken toepassen. Welk advies geef je.
A
Haar in een staart, sieraden af, handen wassen
B
Handschoenen aan, sieraden af.
C
Kauwgum uit, lange broek en T-shirt aan
Slide 5 - Quizvraag
Je organiseert een sportief dagje voor kinderen van 6 tot en met 12 jaar. Je regelt het vervoer en zorgt voor voldoende begeleiders. Verder stem je de activiteiten af op de doelgroep. Wat betekent dat je activiteiten afstemt op een doelgroep?
A
Je houdt rekening met het beschikbare budget en de beschikbare begeleiders.
B
Je houdt rekening met leeftijd, geslacht, lichamelijke en geestelijke beperkingen.
C
Je zorgt ervoor dat iedereen weet wat hij of zij moet doen
Slide 6 - Quizvraag
Een abonnement bij een fitnessvereniging kost per maand een vast bedrag. Maar nieuwe leden betalen de eerste maanden vaak minder. Wat is meestal de belangrijkste reden om korting te geven aan nieuwe leden?
A
Mensen aansporen meer te bewegen
B
Mensen een sociale plek te geven
C
Mensen motiveren om lid te worden.
Slide 7 - Quizvraag
Je organiseert een sportdag. Daarom wil je een overzicht krijgen van de verschillende activiteiten, de tijdstippen waarop de activiteiten plaatsvinden en de meewerkende personen. Wat kun je dan het beste gebruiken?
A
Een draaiboek
B
Een evaluatieformulier
C
Een rooster
Slide 8 - Quizvraag
Waarom is het belangrijk dat je regelmatig je handen wast als je werkt met kwetsbare mensen?
A
Om er goed verzorgd uit te zien.
B
Om kans op infectie te verkleinen
C
Om te laten zien dat je professioneel handelt
Slide 9 - Quizvraag
Bij welke activiteit maak je gebruik van de grove motoriek?
A
Appel schillen
B
Handballen
C
Nagels knippen
D
Veters strikken
Slide 10 - Quizvraag
Bij welke activiteit maak je gebruik van de fijne motoriek?
A
Spinning
B
Tekenen
C
Rennen
D
Overgooien met een bal
Slide 11 - Quizvraag
Bij een individuele activiteit
A
doe je iets samen in een groep
B
doe je iets samen met 1 cliënt
Slide 12 - Quizvraag
Een voorbeeld van een groepsactiviteit is
A
krant voorlezen
B
gezelschapspel
C
schaken
D
breien
Slide 13 - Quizvraag
Bij een educatief uitje is het doel
A
sociale contacten maken
B
iets leren
C
in beweging zijn
D
geheugen trainen
Slide 14 - Quizvraag
Het hoofd doel van sportieve activiteiten is
A
gezond en fit blijven
B
sociale contacten onderhouden
C
bezig zijn met je hobby
Slide 15 - Quizvraag
Bij het organiseren van activiteiten moet je met verschillende dingen rekening houden zoals:
A
budget
B
beperkingen
C
leeftijd
D
interesses
Slide 16 - Quizvraag
Spinning is:
A
Een gezamenlijke indoortraining op een speciale fiets
B
Een gezamenlijke buitentraining op een speciale fiets
C
Een individuele indoortraining op een speciale fiets
D
Een individuele buitentraining op een speciale fiets
Slide 17 - Quizvraag
Een homogene groep is een groep waarvan de leden dezelfde kenmerken hebben
A
Waar
B
niet waar
Slide 18 - Quizvraag
Een voorbeeld van een verticale groep is:
A
voetbalteam
B
een groep in een kinderdagverblijf met kinderen van 0 t/m 4 jaar