V4 28 de noviembre de 2023

Clase de español V4
4-12-23
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Clase de español V4
4-12-23

Slide 1 - Tekstslide

Programa de hoy
1) Repaso del presente perfecto / gustar / doler
2) Practicar para el examen de expresión escrita
3) Practicar vocabulario en Memrise

Slide 2 - Tekstslide

Pretérito Perfecto. Gramática U6 C2

Slide 3 - Tekstslide

Pretérito perfecto:
ellos-ver

Slide 4 - Open vraag

Pretérito perfecto:
Vosotros-hacer

Slide 5 - Open vraag

PRETÉRITO PERFECTO:
LEVANTARSE (NOSOTROS)

Slide 6 - Open vraag

Pretérito perfecto:
tú - ver

Slide 7 - Open vraag

Pretérito perfecto:
Esta mañana ..... ...............un vaso de leche con galletas. (desayunar-mi hermano pequeño)

Slide 8 - Open vraag

Pretérito perfecto
¿......... ............ de tus padres antes de irte de vacaciones? (tú- despedirse)

Slide 9 - Open vraag

Las partes del cuerpo

Slide 10 - Tekstslide

la rodilla
la mano
los pies
el dedo
el pecho
el brazo
la cabeza
la espalda
la pierna
el cuello
la tripa

Slide 11 - Sleepvraag

Slide 12 - Tekstslide

¿Qué le duele?
A
Le duele la boca
B
Le duele la garganta
C
Le duele la cabeza
D
Le duelen la garganta

Slide 13 - Quizvraag

¿Qué le duele?

A
Le duele la cabeza
B
Le duele la espalda
C
Le duele la rodilla
D
Le duele la garganta

Slide 14 - Quizvraag

En el consultorio del doctor(a)
¿Qué te pasa?

Slide 15 - Tekstslide

¡Doctora, 
tengo fibre!

Traduce estas frases en tu cuaderno

Slide 16 - Tekstslide

Le duele la barriga
Le duele las muelas
Está resfriado
Se ha roto una pierna
Está mareado
Tiene fiebre

Slide 17 - Sleepvraag

DOLER
TENER DOLOR DE 

Slide 18 - Tekstslide

tener
doler
estar
frío
la garganta
sed
la espalda
fiebre
los pies
cansado
enfermo

Slide 19 - Sleepvraag

¿Qué paciente habla con la doctora?
A
Flor
B
Alicia
C
Marcos
D
Pablo

Slide 20 - Quizvraag


¿Qué síntomas tiene la paciente ?
A
Tiene toz
B
Le duele la cabeza
C
Tiene fiebre
D
Le duele la garganta

Slide 21 - Quizvraag


Completa: ¿Qué otros consejos le da la doctora?

Slide 22 - Open vraag

Examen de prueba: 
Je bent vanmorgen van de fiets gevallen onderweg naar school en ligt nu in het ziekenhuis. Je schrijft een berichtje aan een vriend(in) om te vertellen wat er aan de hand is en hoe je je voelt. Schrijf ongeveer 100 woorden. Verwerk in je berichtje:
1) Groet en vraag hoe het gaat 2) Vertel dat je in het ziekenhuis ligt
3) Vertel wat er gebeurd is: hoe kwam het dat je van je fiets viel? Heb je iets gebroken? Hoe ben je naar het ziekenhuis gegaan? 4) Vertel hoe je je nu voelt (humeur, wat doet er pijn?)
5) Vertel wat er in het ziekenhuis is gebeurd (heb je met de dokter gesproken? Zijn je ouders op bezoek geweest? etc)
6) Vraag of er nog iets interessants is gebeurd vandaag op school
7) Sluit af met een groet

Slide 23 - Tekstslide

Deberes
1) Memrise: estudiar vocabulario
2) Terminar tarea escrita 1

Slide 24 - Tekstslide

Mira el video y haz las actividades interactivas
Actividades interactivas. Haz click aquí

Slide 25 - Tekstslide