De semi-deponente werkwoorden

Omschrijf in één zin wat een deponent werkwoord is.
1 / 10
volgende
Slide 1: Open vraag
Latijn en GrieksSecundair onderwijs

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Omschrijf in één zin wat een deponent werkwoord is.

Slide 1 - Open vraag

Slide 2 - Tekstslide

Hoe herken je een deponent werkwoord in het vocabularium?

Slide 3 - Tekstslide

Hoe herken je een deponent werkwoord in het vocabularium?
1. een infinitief op -ri of -i
2. een eerste persoon praesens op -or
3. één stamtijd: het participium perfectum op -us + sum
4. een actieve vertaling

Slide 4 - Tekstslide

Tekst
Passief werkwoord
Deponent werkwoord
aggressi sunt
quaeri
queri
memoror
cunctare
potiebamini
iuvabamini
fracti sunt

Slide 5 - Sleepvraag

semi-deponent
Wat? semi- = half
-> dus werkwoorden die voor de helft deponent zijn
1. enkel deponent in de voltooide tijden

Slide 6 - Tekstslide

semi-deponent
Wat? semi- = half
-> dus werkwoorden die voor de helft deponent zijn
2. enkel deponent in de onvoltooide tijden


Slide 7 - Tekstslide

Kies de juiste vertaling:
ausi erunt
A
zij zullen gedurfd hebben
B
zij zullen gehoord hebben
C
zij hebben gedurfd
D
zij hebben gehoord

Slide 8 - Quizvraag

Kies de juiste vertaling:
confissus essem
A
ik had vertrouwd
B
ik was vertrouwd
C
ik ben vertrouwd
D
ik vertrouwde

Slide 9 - Quizvraag

Kies de juiste vertaling:
soles
A
jij zal gewoon zijn
B
jij bent gewoon
C
jij wordt gewoon
D
jij was gewoon

Slide 10 - Quizvraag