5.1 Koop jij op de markt? (deel 2) en start 5.2

5.1 Koop jij op de markt? (deel 2) en start 5.2
Pagina 8
Meneer mr. B.J.M. Horsch

timer
2:00
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

5.1 Koop jij op de markt? (deel 2) en start 5.2
Pagina 8
Meneer mr. B.J.M. Horsch

timer
2:00

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  1. Leerdoelen
  2. Huiswerk nakijken
  3. Uitleg 5.2 (deel 1)
  4. Oefenen
  5. Terugblik leerdoelen

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Na afloop van deze les ken/kan ik ...
  1. ... uitleggen wat marketing is
  2. ... het verschil uitleggen tussen een concrete en een abstracte markt
  3. ... het verschil uitleggen tussen vraag en aanbod
  4. ... uitleggen wat de brutowinstopslag is
  5. ... de verkoopprijs berekenen

Slide 3 - Tekstslide

Vraag 1
  • C

Slide 4 - Tekstslide

Vraag 3
  • a) Door te proeven willen misschien meer mensen het product kopen
  • b)  eigen antwoord

Slide 5 - Tekstslide

Vraag 5
  1. Reclame maken op social media
  2. Korting geven
  3. Folders rondbrengen

Slide 6 - Tekstslide

Vraag 8
  • a) Er wordt iets gekocht en verkocht
  • b) Je kunt naar een weekmarkt echt toe gaan en marktplaats is 24/7 open

Slide 7 - Tekstslide

Vraag 10
  • a) aanbod
  • b) vraag
  • c) aanbod

Slide 8 - Tekstslide

Vraag 11
  • a) kleren, riemen, tassen
  • b) haren knippen, haren wassen, make-up, haargel, nagelspullen
  • c) frites, snacks, ijsjes, schnitzels
  • d) schoonmaakspullen, prullenbakken, kookspullen

Slide 9 - Tekstslide

Vraag 12
  • a) vraag
  • b) aanbod

Slide 10 - Tekstslide

Vraag 14
  • aanbod = alles wat te koop aangeboden wordt
  • markt = plaats waar iets wordt verkocht en gekocht
  • marketing = alles wat bedrijven doen om hun product te verkopen
  • vraag = alles wat mensen willen kopen

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Brutowinstopslag
  • = het bedrag dat de verkoper bij de inkoopprijs optelt

Slide 13 - Tekstslide

Verkoopprijs berekenen (1)
  • Verkoopprijs = inkoopprijs + brutowinstopslag
  • Inkoopprijs € 1,20
  • GHC wil winst maken dus willen ze
    de skippybal voor € 0,60 extra verkopen
  • Verkoopprijs = € 1,20 + € 0,60 = € 1,80

Slide 14 - Tekstslide

Verkoopprijs berekenen (2)
  • Inkoopprijs € 1,80
  • GHC wil winst maken dus ze hanteren
    een brutowinstopslag van 40%.
  • Bereken de verkoopprijs
  1. Brutowinstopslag = 40 : 100 x € 1,80 = € 0,72
  2. Verkoopprijs = € 1,80 + € 0,72 = € 2,52

Slide 15 - Tekstslide

Verkoopprijs berekenen (3)
Brandon heeft een jaar geleden een Gaming-PC gekocht. Hij wilt deze nu met winst doorverkopen. De inkoopprijs was € 450. De brutowinstopslag bedraagt 30% van de inkoopprijs. 
a) Schrijf de formule op van de verkoopprijs
  • Verkoopprijs = inkoopprijs + brutowinstopslag
b) Bereken de verkoopprijs
  • € 450 + (30% van € 450) = € 450 + (30:100 * € 450) 
  • = € 450 + € 135 = € 585
c) Wat gebeurt er als ik mijn brutowinstmarge verlaag naar 20%?

Slide 16 - Tekstslide

Oefenen
  1. Maken opdrachten 18, 20, 22, 25 t/m 27
  2. Klaar? Doe even iets voor jezelf!
timer
15:00

Slide 17 - Tekstslide

Wat hebben we geleerd? 

Slide 18 - Tekstslide

Leerdoelen
Na afloop van deze les ken/kan ik ...
  1. ... uitleggen wat marketing is
  2. ... het verschil uitleggen tussen een concrete en een abstracte markt
  3. ... het verschil uitleggen tussen vraag en aanbod
  4. ... de verkoopprijs berekenen

Slide 19 - Tekstslide