17-02 Recap U3&4

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Today's lesson
  •  Homework check
  • Recap U4: possessive - gerund - aanwijzend voornaamwoorden
  • Individual work

Slide 2 - Tekstslide

Possessive (bezitsvorm)

Slide 3 - Tekstslide

May/ might be
Possessive: s / 's / of
= de bezitsvorm
Om aan te geven van wie of wat iets is.

In het Engels in 3 vormen:

1. Paul's car is awesome! 
2. I found the students' books. 
3. The back of the car.

Slide 4 - Tekstslide

May/ might be
Possessive: s / 's / of
ENKELVOUD:

+ 's

My sister's dress is nice.
MEERVOUD:

+ '

My sisters' dresses are nice.


Slide 5 - Tekstslide

May/ might be
Possessive: s / 's / of
LET OP

Woorden die in het meervoud staan en niet eindigen op 's' krijgen een 's

Voorbeeld:

The children     favourite game.
I need to visit the women     room.

Slide 6 - Tekstslide

May/ might be
Possessive: of
Als je het hebt over dingen, plaatsen en landen gebruik je: OF
Voorbeelden:
The battery of my phone is empty.
The roof of the house is leaking.

Slide 7 - Tekstslide

Gerund

Slide 8 - Tekstslide

May/ might be
Gerund
  • Werkwoord die als zelfstandig naamwoord wordt gebruikt

Hoe?: werkwoord + gerund (stam+ing)
love - stop - prefer - start - enjoy - quit - like - hate 


Voorbeeld: I love drinking chocolate milk.
I hate walking home.


Slide 9 - Tekstslide

May/ might be
Gerund
Vul de zinnen aan - je gebruikt niet altijd Gerund. 
Lees de zin goed:

  • I love _____________ (write) you letters!

  • Could you _______________(mail) me your letter?

  • Will you stop ____________(like) my pictures?!

Slide 10 - Tekstslide

Aanwijzende voornaamwoorden

Slide 11 - Tekstslide

May/ might be
This vs That
When? (wanneer?)
Als een zelfstandig naamwoord enkelvoud is. 

  • Zelfstandig naamwoord =   


Mensen, dieren en dingen

Slide 12 - Tekstslide

May/ might be
This vs That
Wanneer gebruik je dit?
Als een zelfstandig naamwoord enkelvoud is. 

  • Zelfstandig naamwoord =   

This -> dichtbij

That -> ver weg
Zelfstandig naamwoord zijn mensen, dieren en dingen

Slide 13 - Tekstslide

May/ might be
These vs Those
Wanneer gebruik je dit?
Als een zelfstandig naamwoord meervoud is. 



These -> dichtbij

Those -> ver weg

Slide 14 - Tekstslide

Individual work
Maak de opdrachten van de Catch Up 4.7 onderdeel B

Klaar? Laat het weten - dan zet ik de antwoorden open.
Oefen zelf met onderdelen van de Selft Test (3.8 of 4.8)

Slide 15 - Tekstslide