13.2 Condensatiepolymerisatie

13.2 Condensatiepolymerisatie
Reactiemechanisme van condensatiereacties
Polymeren maken door condensatiepolymerisatie
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

13.2 Condensatiepolymerisatie
Reactiemechanisme van condensatiereacties
Polymeren maken door condensatiepolymerisatie

Slide 1 - Tekstslide

Condensatiepolymeer
  • Kevlar (vorige les) is een condensatiepolymeer 
  • Condensatiereactie: een estervorming uit een zuur en een alcohol

Slide 2 - Tekstslide

Condensatiepolymeer
  • Reactiemechanisme bekijken van dit voorbeeld:
  • Ethaanzuur + ethanol
  • Zwavelzuur als katalysator (H3O+)
  • Wordt water gevormd (condens)

Slide 3 - Tekstslide

Reactiemechanisme condensatiereactie
  • Stap 1: Ethaanzuur neemt een proton op.
  • Waarom?

Slide 4 - Tekstslide

Reactiemechanisme condensatiereactie
  • Waarom?
  • In stap 2 is de C van C=O het elektrofiel en de O van ethanol het nucleofiel
  • Door het protonen van de O krijgt de O een + lading.
  • Daardoor worden er nog meer elektronen weggehaald bij de C en is het een beter nucleofiel

Slide 5 - Tekstslide

Reactiemechanisme condensatiereactie
  • In stap 3 vindt er een verplaatsing van een proton plaats.
  • Waarom?

Slide 6 - Tekstslide

Reactiemechanisme condensatiereactie
  • Waarom?
  • Deeltjes die wordt afgesplitst of vertrekken willen liever vertrekken als zij zelf ook stabiel zijn. 
  • H2O is een stabieler deeltje dan OH- (het is neutraal)
  • H3O+ is weer terug (het is een katalysator)

Slide 7 - Tekstslide

Condensatiereactie
  • Reactie waarbij uit twee moleculen een groter molecuul wordt gevormd en een klein molecuul wordt afgesplitst
  • Vaak H2O, maar ook bijv. HCl zijn (bij Kevlar) 
  • Omgekeerd is het een hydrolysereactie, want estervorming is in evenwicht

Slide 8 - Tekstslide

Condensatiepolymerisatie: polyesters
  • Moleculen met 1 zuurgroep en 1 alcohol kunnen dit
  • Twee stoffen, waarvan 1 met 2 zuur en 1 met 2 alcoholen ook
  • Vb: benzeen-1,2-dicarbonzuur en ethaan-1,2-diol
  • (Ken dit soort naamgeving!)

Slide 9 - Tekstslide

Condensatiepolymerisatie: polyesters
  • Kenmerkende groep voor polyesters ---------------->
  • Een polymeer dat bestaat uit meerdere soorten monomeren heet een copolymeer

Slide 10 - Tekstslide

Condensatiepolymerisatie: polyesters
  • De uiteinden van zo'n polymeerweergave vormen altijd H2O!
  • Het zuur staat OH af en het alcohol een H.

Slide 11 - Tekstslide

Condensatiepolymerisatie: polyamiden
  • Hexaandizuur en hexaan-1,6-diamine
  • Amidebindingen komen veel voor in eiwitten, bij het koppelen van aminozuren.

Slide 12 - Tekstslide

En nu?
Theorie doorlezen
Opgaven maken: 9, 12, 13, 14, 15, 16, 17, 18 en 19

Slide 13 - Tekstslide