Start H6 + 6.1 les 1

6. Steden en staten
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

6. Steden en staten

Slide 1 - Tekstslide

Deze les:
  • opmerkingen over de opdracht
  • uitleg nieuwe hoofdstuk
  • aan de slag met 6.1

Slide 2 - Tekstslide

Aan het einde van deze les...
... Weet je hoe we dit hoofdstuk gaan werken.
... Weet je hoe de planning van dit hoofdstuk eruit gaat zien.
... Kun je uitleggen hoe in Europa weer een landbouwstedelijke samenleving ontstond.
... Kun je uitleggen hoe in de tijd van steden en staten de geldeconomie zich ontwikkelde.
... Kun je uitleggen wat de begrippen: landbouwstedelijke samenleving, nijverheid en verstedelijking betekenen.

Slide 3 - Tekstslide

Tijd van monniken en ridders
(vroege middeleeuwen, H4)

Slide 4 - Woordweb

Tijd van Steden en staten
(1000 - 1500)

Slide 5 - Woordweb

Hoofdstuk 6: Steden en Staten

Slide 6 - Tekstslide

Dit hoofdstuk leer je:
Dit hoofdstuk gaat over het tijdvak waarin Engelsen en Fransen meer dan honderd jaar met elkaar in oorlog waren: de tijd van steden en staten.

In dit hoofdstuk:
6.1 Woonplaats en werkplaats
6.2 Zelfstandige burgers
6.3 De machtige kerk
6.4 De macht van vorsten
6.5 De kruistochten 

Slide 7 - Tekstslide

6.1: Woonplaats en werkplaats
- In deze paragraaf leer je hoe in Europa weer een landbouwstedelijke samenleving ontstond.
- In deze paragraaf leer je hoe de geldeconomie zich ontwikkelde.
- In deze paragraaf leer je op welke manier de nijverheid was georganiseerd.
- In deze paragraaf leer je hoe internationale handel plaatsvond.

Kenmerkend aspect: de opkomst van handel en het ontstaan van de steden.

Slide 8 - Tekstslide

platteland en stad:
voor de tijd van steden en staten:
- hofstelsel
- landbouwsamenleving
- grootste deel van de bevolking 
was (horige) boer.

Slide 9 - Tekstslide

platteland en stad:
vanaf ongeveer het jaar 1000 veranderen er dingen:

- Boeren gaan moerasgebieden droogleggen door sloten te graven. Ook kapten ze bossen. Zo kwam er meer ruimte voor akkers.
- Boeren gingen een andere ploeg gebruiken.

gevolg: Grotere oogst, meer voedsel, mensen leven langer, bevolking groeit.

Slide 10 - Tekstslide

platteland en stad:
Boeren gaan hun landbouwoverschot verkopen, dit doen ze op markten. 

- knooppunten van land- en waterwegen.
- bij een kasteel.

Hierdoor groeit de handel.

Slide 11 - Tekstslide

platteland en stad:
de groeiende landbouwproductie had ook uitbreiding van de nijverheid tot gevolg. Door de groei van de bevolking kon een deel van de boeren ander werk gaan doen, bijv. een ambacht uitoefenen.

Slide 12 - Tekstslide

platteland en stad
handelaren en ambachtslieden gingen steeds vaker bij een markt wonen, zo groeiden marktplaatsen vaak uit tot steden.

Dit noemen we verstedelijking

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

De geldeconomie:
vraag: wat iemand wil kopen.
aanbod: wat iemand wil verkopen.

Door de opkomst van de handel gingen mensen weer geld gebruiken. Elke stad, koning of hertog kon zijn eigen munten slaan. Hierdoor waren er geldwisselaars waar je munten kon ruilen. Ook ontstonden er in deze tijd banken.

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag:
1. bekijk het filmpje in de volgende slide, maak van dit filmpje een mindmap met de belangrijkste dingen. 

2. Lees de leertekst van werkblad 1 goed door. (je kunt dit werkblad vinden in je mail, of in Somtoday bij het huiswerk)

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video