In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Onderdelen in deze les
4B_Herhaling_H4_P1+P2
Herhalen theorie paragraaf 1 + 2
Slide 1 - Tekstslide
Noem 4 arbeidsmotieven (redenen om te werken)
Slide 2 - Open vraag
Arbeidsmotieven
geld verdienen
behoefte aan sociale contacten
nuttig en zinvol bezig zijn
regelmaat in je leven
nieuwe dingen leren
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
1.
De prijzen in de supermarkten gaan omhoog.
De werkloosheid neemt toe.
Zet in goede volgorde
2.
3.
4.
5.
Er wordt minder geproduceerd.
De vraag naar goederen neemt af.
Er ontstaan overschotten.
Slide 5 - Sleepvraag
Wat is een arbeidsmarkt?
A
Alle vraag en aanbod van arbeid.
B
Alle mensen die werk zoeken.
C
Geeft de beroepsbevolking weer
D
Alle vacatures bij werkgevers.
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Tekstslide
Wat is het aanbod op de arbeidsmarkt?
A
Mensen die betaald werk doen
B
Mensen die op zoek zijn naar betaald werk
C
mensen die betaald werk doen en op zoek zijn naar betaald werk
Slide 8 - Quizvraag
Er is vraag naar arbeid op de arbeidsmarkt. Wie zijn de vragers op de arbeidsmarkt?
A
Bedrijven en Overheid
B
Werklozen
C
Werkende
D
Geen van alle
Slide 9 - Quizvraag
Arbeidsmarkt
Werknemer
Werkgever
Aanbod
Vraag
Beroepsbevolking
Werkgelegenheid
Slide 10 - Sleepvraag
vraag op de arbeidsmarkt
aanbod op de arbeidsmarkt
Jij loopt de kaaswinkel binnen en vraagt of ze nog personeel zoeken.
Een ziekenhuis zoekt een nieuwe directeur.
Bericht op Facebook: Ik ben op zoek naar een nieuwe uitdaging! Wie weet er een leuke baan?
Een ZZP'er krijgt opeens allerlei nieuwe opdrachten binnen en gaat op zoek naar een werknemer.
Slide 11 - Sleepvraag
Bij werkloosheid is de vraag naar arbeid ..... dan het aanbod ervan.
Werkgevers die werknemers nodig hebben hoor bij de ... op de arbeidsmarkt.
Werkloze werknemers horen bij ... op de arbeidsmarkt.
kleiner
groter
de vraag
het aanbod
de vraag
het aanbod
Slide 12 - Sleepvraag
Slide 13 - Video
'Het staat in de cao'
Wat is een cao eigenlijk?
A
een collectieve arbeidsovereenkomst
B
een schriftelijke overeenkomst met afspraken over arbeidsvoorwaarden
C
een veronderstelling
D
een standpunt
Slide 14 - Quizvraag
Welke drie productiesectoren zijn er? Sleep de juiste antwoorden naar Juist en de onjuiste antwoorden naar Onjuist.
Juist
Onjuist
Agrarische sector
Grondstofsector
Industriële sector
Dienstensector
Verkoopsector
Productiesector
Slide 15 - Sleepvraag
Sleep het beroep naar de juiste productiesector.
dokter
fruitteler
pottenbakker
schaapsherder
sigarenmaker
telefonist
visser
wever
Slide 16 - Sleepvraag
Noem een reden waardoor de beroepsbevolking continu kan veranderen.
Slide 17 - Open vraag
Door meer kapitaalintensiviteit (automatisering) is de beroepsbevolking nog steeds aan het veranderen. Bestaat mijn baan als leraar nog in de toekomst?
Slide 18 - Open vraag
Slide 19 - Video
Wet voor veilige en gezonde arbeidsomstandigheden.
Wet voor de hoeveelheid geld die iemand minstens moet verdienen.