Hoofdstuk 8
1 / 25
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat weet ik over het
tropisch regenwoud?
Slide 2 - Woordweb
Met welke letter wordt de Pantanal aangegeven?
A
A
B
B
C
C
D
D
Slide 3 - Quizvraag
Wat voor soort gebied is de Pantanal?
A
Tropisch Regenwoud
B
Savanne
C
Steppe
D
Moeras
Slide 4 - Quizvraag
In De Pantanal....
A
Is het dichtbevolkt en heel droog
B
Is het dichtbevolkt en heel nat
C
Is het dunbevolkt en heel droog
D
Is het dunbevolkt en heel nat
Slide 5 - Quizvraag
Wat is verstedelijking?
A
Een grote stad
B
De groei van het aantal steden
C
De groei van het aantal stadsbewoners
D
Het intrekken bij familie
Slide 6 - Quizvraag
In arme landen is:
- de verstedelijkingsgraad = ........
- het verstedelijkingstempo = .......
- de verstedelijkingsgraad = ........
- het verstedelijkingstempo = .......
A
hoog
hoog
B
hoog
laag
C
laag
hoog
D
laag
laag
Slide 7 - Quizvraag
Wat is een megastad?
A
Heel heel belangrijke stad in de wereld
B
De grootste stad van een land
C
Een stad met meer dan 10.000.000 inwoners
D
De hoofdstad van een land.
Slide 8 - Quizvraag
Wat is geen nadeel van een megastad
A
veel verkeer
B
veel vervuiling
C
weinig natuur om te ontspannen
D
veel voorzieningen
Slide 9 - Quizvraag
Sleep de bevolkingsdiagram en de naam naar het juiste land.
Japan
China
Bangladesh
Piramide
urn
toren
Slide 10 - Sleepvraag
Wat zijn basisbehoeften?
A
Behoeften die noodzakelijk zijn om te overleven.
B
Behoeften die je soms nodig hebt om te overleven.
Slide 11 - Quizvraag
Basisbehoeften
Overige behoeften
Slide 12 - Sleepvraag
Wat is analfabetisme?
A
Het niet kunnen schrijven en/of spreken
B
Het niet kunnen lezen en/of schrijven
C
Het niet kunnen spreken
D
Het niet naar school kunnen gaan
Slide 13 - Quizvraag
In een arm land is het analfabetisme
A
laag
B
hoog
Slide 14 - Quizvraag
Wat is het BNP?
A
BNP is het geld dat een land verdient
B
BNP is het geld dat alle inwoners van een land in een jaar samen verdienen
C
BNP is het Bruto Nederlands product
Slide 15 - Quizvraag
Het BNP is:
A
Bruto Nationaal Product
B
Dat wat mensen samen in een land verdienen
C
Een product dat in een land gemaakt wordt
D
Het tegenovergestelde van Netto Product
Slide 16 - Quizvraag
Waar denk je aan bij het begrip
'Artsendichtheid?'
'Artsendichtheid?'
Slide 17 - Open vraag
Wat heeft een lage artsendichtheid met een hoge zuigelingensterfte te maken?
Slide 18 - Open vraag
Wat is regionale ongelijkheid?
A
Iedereen verdient evenveel
B
Verschillen in neerslag over een bepaald gebied
C
Verschillen in welvaart tussen het ene en het andere gebied
D
Ik weet het antwoord niet
Slide 19 - Quizvraag
Sociale ongelijkheid is hetzelfde als regionale ongelijkheid
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quizvraag
Wat is sociale ongelijkheid?
A
Groepen mensen die hun rijkdom niet delen
B
Groepen mensen die te lui zijn om te werken
C
Ongelijkheid in hoe de welvaart verdeeld is in een land
D
Ongelijkheid in hoe mensen wonen
Slide 21 - Quizvraag
De sociale ongelijkheid in Brazilië is:
A
normaal
B
klein
C
groot
D
goed te hebben
Slide 22 - Quizvraag
Wat zijn BRICS landen?
A
Brazilië, Rusland, Indonesië, China, Zuid-Amerika
B
België, Roemenië, Italië, Cyprus, Slowakije
C
België, Roemenië, Ierland, Cyprus, Zweden
D
Brazilië, Rusland, India, China, Zuid-Afrika
Slide 23 - Quizvraag
Waar staat BRIC voor bij de BRIC-landen?
A
Een groep landen die samenwerken.
B
Een groep landen die economisch snel groeien.
C
Een groep landen die eerst in een groter rijk bij elkaar hoorden.
D
Een groep landen die achterblijven en steeds armer worden.
Slide 24 - Quizvraag
Zijn er nog vragen?
