Groeiende vrijheid (middeleeuwen -18de eeuw)

Democratie & Rechtstaat
Groeiende vrijheid (middeleeuwen -18de eeuw)
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Democratie & Rechtstaat
Groeiende vrijheid (middeleeuwen -18de eeuw)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel

Je kan in hoofdlijnen uitleggen hoe de verhouding tussen de staat en de burgers zich in Nederland heeft ontwikkeld vanaf de late middeleeuwen tot in de 18de eeuw.

Slide 2 - Tekstslide

Het probleem is dat wat de staat is veranderd per periode en daardoor ook de verhouding tot haar burgers...

de Van Dale
staat (de; m; meervoud: staten)
door een geordend gezag centraal geregeerde en bestuurde volksgemeenschap; Raad van State; de Verenigde Staten land in Noord-Amerika

Slide 3 - Tekstslide

Nog een keer hetzelfde punt!
Wat is dat: een geordend centraal gezag en hoe heeft dit geordend centraal gezag zich ontwikkeld?
Staatsvorming
Het einde van de vroege-middeleeuwen is de start van de staatsvorming en centralisatie

  • Koning "vervangt" edelen voor ambtenaren.
  • De rijkdom van de steden (burgerij/gilden).
  • Land besturen vanuit één punt (hofstad).

Overleg met de koning (soms afgedwongen door de steden) in een staten vergadering met vertegenwoordigers van de drie standen. 

Overleg met een koning in een algemene vergadering der staten: de Staten-generaal of praten in het parlement. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

De Engelse hebben de magna carta waarin de macht van de Engelse koning gebonden is. Vrijheid binnen de wet.

De Nederlanden
Situatie:
De Nederlanden bestond uit 17 zelfstandige gewesten. Het was een verstedelijk gebied met redelijk zelfstandige steden. (Holland/Vlaanderen)

Filips de Goede van Bourgondië (FR). Werd graaf van Holland, Zeeland en Hertog van Brabant. 
Dus,... meerdere staten vergaderingen.

Gevolg: 1464 1ste Nederlandse Staten-Generaal.

Karel V (1515-1555) zet deze politiek door en sticht in 1531 de Raad van State. Voert ook godsdienstoorlog 
die hij verliest, vrede van Augsburg: cuius regio, eius religio

Slide 6 - Tekstslide

Filips de Goede van Bourgondie start en centralisatie proces in de Nederlanden. Karel V als voorbeeld van een vorst die verder wilde gaan met centraliseren. Ook de investituurstrijd kan je noemen als voorbeeld van een gevolg van centralisatie drang. 
De Nederlandse Opstand
Situatie
Filips II ging verder me centraliseren en verkleinde de macht van steden, gewesten en adel. Ook had Filips een afkeer van protestanten (lutheranen en calvinisten en Elizabeth van Engeland).  

Landvoogdes Margaretha van Parma verloor de grip, er waren hagenpreken, die uitmonden in de beeldenstorm. Adel, burgerrij waren afkerig van Filips en van Alva . Stadhouder prins Willem van Oranje, kiest partij tegen Filips. De beeldenstorm werd een opstand!

Denkvraag is de Nederlandse Opstand een godsdienst kwestie of een politieke? 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regenten


Situatie
De Nederlanden zijn de enige republiek en zeer welvarend. Op het platteland regeerde de oude adel, maar in de stad maakte voorname families de dienst uit; de regenten. Zij hadden een plaats in de gewestelijke raden en in de staten-generaal. 


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Republiek
De Nederlanden zijn een republiek die defensie en buitenlandse politiek regelen in de Staten Generaal. Er was geen veto en alleen besluiten bij unanimiteit. 

DUS...
Compromis, lang vergaderen,... "Polderen". Nederlandse democratie.

De stadhouder was hoofd van de vloot en het leger dus een machtig man. Zeker nu de oorlog met Spanje voortduurt. Altijd een Oranje of een Nassau.  

De raadspensionaris (soort minister van buitenlandse zaken) was zijn tegenhanger.  

Slide 9 - Tekstslide

Zie de veroverde Spaanse vlaggen aan het plafond.
Vrijheid
Feit: De Nederlanden waren overwegend Katholiek. De opstand is tegen Filips handelen, niet tegen het Katholicisme. 

In de Nederlanden was er gewetensvrijheid, geen gelijkheid. De macht kwam te liggen bij de Calvinisten (gereformeerd en hervormd). Openbare katholieke diensten waren verboden.

  • Boekdruk was veel vrijer, denk aan Spinoza.
  • Boeren waren vrij (amper nog adel).
  • Geestelijke stand bestond niet meer.
  • Vrouwen waren veel mondiger. 

De macht lag bij de rijke stedelijke burgerij

Slide 10 - Tekstslide

Onze lieve heer op Solder een schuilkerk in Amsterdam. 
Absolutisme
De Nederlanden waren een republiek, buiten de nederlanden zocht de koningen nog steeds naar  verdere centralisatie oftewel absolute macht

Lodewijk/Louis XIV (FR) was hier succesvol in en werd een absoluut vorst.

In Jacobus/James II van Engeland faalde in het herstel van het katholicisme en centralisatie en werd vervangen door zijn dochter Mary en haar man Willem van Oranje III (stadhouder/koning van Engeland). De macht van het parlement bleef, een constitutionele monarchie. 

Slide 11 - Tekstslide

Willem van Oranje
Maurits (z)
Frederick Henderik (hb)
Willem II (z)

Examen 2023 TV1 VWO
Gebruik bron 7.
In 1675 wil koning Karel II de koffiehuizen in Engeland laten sluiten.

3p 10 Verklaar dit door:
 met een verwijzing naar de prent uit te leggen waardoor de koffiehuizen het denken over politiek beïnvloeden, en
 aan te geven welk politiek motief Karel II heeft om de koffiehuizen te sluiten. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdlijnen conclusie!
Machthebbers proberen de macht naar zich toe te trekken.

Burgers proberen via instituten (organen)/verdragen invloed te behouden. 

In de Nederlanden ontstaat er een traditie van polderen en overleggen. 

Vrijheid is betrekkelijk en bestaat alleen binnen wetten/regels. 

Centralisatie >Absolutisme constitutionele monarchie republiek<

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies