6. Je kunt de kwadraat- en worteltoets op je rekenmachine gebruiken.
7. Je kunt het kwadraat van negatieve getallen uitrekenen.
8. Je weet het verschil tussen het kwadraat van (-5) en -5.
9. Je weet dat je de wortel alleen van een positief getal kunt berekenen.
10. Je kent de nieuwe rekenvolgorde en kunt deze toepassen.